Vak: Overstijgende module propedeuse verpleegkundige vaardigheden en kennis

Vakcode
HVMP18OMPM
Naam
Overstijgende module propedeuse verpleegkundige vaardigheden en kennis
Studiejaar
2019-2020
ECTS credits
-
Taal
Nederlands
Coördinator
A.C. de Vries
Werkvormen
  • Action learning
  • Opdracht
  • Practicum / Training
  • Stage, werk
  • Werkcollege
Toetsen
  • Performancetoets zorg verlenen - Performance assessment
  • Reanimatietoets - Vaardigheidstoets
  • Verpleegkundig rekenen - Computer, organisatie tentamenbureau
  • Voortgangstoets - Computer, eigen organisatie

Leeruitkomsten

Voor het deeltentamen verpleegkundig rekenen gelden de volgende leeruitkomsten:
De student toont d.m.v. juiste berekening en juiste uitkomst aan in staat te zijn:
  • De juiste inloopsnelheid van infusen te berekenen;
  • De inhoud/gebruiksduur van zuurstofcilinders te berekenen;
  • De juiste hoeveelheid te injecteren medicijn te berekenen;
  • De verhouding van milligram tot milliliter te berekenen (1.2.1)
Voor het deeltentamen reanimatietoets geldt de volgende leeruitkomst:
De student kan reanimatie behoefte bepalen en voert het reanimeren en het toepassen van de AED uit volgens de richtlijnen van de reanimatieraad (1.2.1).
 
Voor het deeltentamen performancetoets gelden de volgende leeruitkomsten:
De student kan in een laagcomplexe, gesimuleerde situatie:
  • methodisch zorg verlenen;
  • instrumenteel technische handelingen uitvoeren volgens de O&O-lijsten of daarvan verantwoord afwijken;
  • communicatieve vaardigheden demonstreren; ook tijdens het uitvoeren van instrumenteel technische handelingen.
De student kan:
  • afwegingen die hij heeft gemaakt met betrekking tot zijn handelen weergeven en de gemaakte keuzes, inclusief de volgorde, verantwoorden;
  • reflecteren op de wijze waarop hij gehandeld heeft en de consequenties voor toekomstig handelen bepalen;
  • evidence betrekken bij het verantwoorden van zijn handelen.
De student kan:
  • inschatten wat de consequentie(s) van de aanpassing is (zijn) voor de cliënt in de casus;
  • mogelijke aanpassingen van zijn handelen noemen die aansluiten bij voorgestelde veranderingen in de casus;
  • aangeven in welke richting zijn handelen zou gaan en waarom.
De student kan:
  • relevante protocollen en/of richtlijnen benoemen;
  • reflecteren op het gebruik van protocollen en richtlijnen ter ondersteuning van zijn werk.
(1.2.1, 2.1.1, 2.1.2, 7.3.1, 7.3.2)

Voor de deeltoets Voortgangstoets gelden de volgende leeruitkomsten:
De student toont op propedeuseniveau aan over relevante kennis en inzichten met betrekking tot de uitvoering van de CanMED’s rollen te beschikken (1.1 t/m 7.3).
 
De student toont aan de theorie te beheersen die nodig is om benodigde zorg te beredeneren en te onderbouwen (1.1.1)

Inhoud

Het behalen van de toetsen verpleegkundig rekenen, reanimatietoets, performancetoets zorg verlenen en voortgangstoets is voorwaardelijk voor het behalen van de propedeuse.
 
Verpleegkundig rekenen
Tijdens twee practicumlessen worden de diverse verpleegkundige rekenvaardigheden behandeld. In een interne digitale toetsomgeving en in het programma Skills Online kan je zelfstandig oefenen met het maken van rekenvaardigheidsopgaven.
De verpleegkundige rekenvaardigheid wordt getoetst met de landelijke rekenvaardigheidstoets van het LOOV.
 
Reanimatie
Via zelfstudie verdiep je je in de achtergrond van reanimatie. Je krijgt lessen reanimatie en in het toepassen van de AED en wordt getoetst volgens de richtlijnen van de reanimatieraad. De student ontvangt een erkend certificaat bij een voldoende beoordeling.
 
Performancetoets Zorg Verlenen
Bij de performancetoets gaat het om het toetsen van competenties die horen bij het handelen als beroepspersoon bij het uitvoeren van één of meerdere beroepstaken. De performancetoets bestaat uit twee onderdelen: de performance van zorgverlening en het gesprek na afloop met de examinator.
Voorwaarde voor het doen van de performancetoets niveau 1 vormt de registratielijst vaardigheden waarmee je moet kunnen aantonen dat deze voldoende geoefend heeft. Op de kaart moeten minimaal 8 handtekeningen staan.
Voor de toets krijgt je een patiëntcasus en de opdracht de zorg aan de cliënt (een simulatiepatiënt) te verlenen. In de opdracht wordt aangegeven welke verpleegtechnische vaardigheden je moet uitvoeren. Bij het uitvoeren ervan gaat het om zowel het instrumenteel-technisch handelen zelf als om het uitvoeren van communicatieve vaardigheden, passend bij de casus.
In het gesprek komen drie onderwerpen aan de orde:
A. terugkijken op de performance,
B. reactie op (fictieve) veranderingen in de casus (er is bijv. sprake van een andere aandoening / de patiënt gaat naar huis, de patiënt gaat over naar andere zorgsetting),
C. onderbouwen van het handelen.
 
Gedurende het gehele studiejaar zijn er wekelijks practicumlessen. Daarnaast verdiep je je in de verpleegtechnische handelingen via Skills Online. Tijdens de lessen kan je een start maken met het oefenen van een verpleegtechnische vaardigheid en wordt theorie behandeld. Na deze les oefen je zelfstandig op school of waar mogelijk op de leerwerkplek. Minimaal 1x gedurende het studiejaar vraag je de werkbegeleider van de werkleerplek of een docent van de opleiding om feedback te geven op het uitvoeren van handeling (dit wordt ‘begeleid oefenen’ genoemd) aan de hand van het observatieformulier van Skills Online. Dit laat je dan aftekenen door degene die feedback heeft gegeven.
Daarnaast zijn er communicatieve vaardigheidslessen waarin je diverse aspecten van professionele gespreksvoering oefent. Tijdens het werkplekleren vraag je aan werkbegeleider en collega’s feedback op de wijze waarop je communiceert met anderen.
 
In de reflectiegroepen leer je te reflecteren op eigen handelen. Het doel van reflectiegroep is het ontwikkelen van een kritische en analytische houding ten aanzien van eigen (verpleegkundig) gedrag en dat van collega’s van eigen en andere disciplines.
 
Voortgangstoets
Met de voortgangstoets wordt beoordeeld of je de basiskennis hebt die uiteindelijk vereist is om de verpleegkundige taken binnen de CanMED’s rollen uit te voeren.  De eindtermen van de opleiding zijn hiertoe beschreven in 24 kernbegrippen. Je moet uiteindelijk competent zijn t.a.v. al deze kernbegrippen.
Er wordt in de inhoud van de toetsvragen geen onderscheid gemaakt tussen de 4 leerjaren, maar de cesuur (het aantal punten van een examen waarboven men voldoende heeft) wordt per leerjaar verhoogd.
De kennis en inzichten verwerft de student door het werken aan de opdrachten van de modules, participeren tijdens werkgroepen en hoorcolleges van de modules en zelfstudie.
 
Competentieniveau (CBN, BN2020)
Startniveau
 
Studiemateriaal: zie boekenlijst Studystore modules 1 en 2.

School(s)

  • Academie voor Verpleegkunde