Vak: Methodisch vaststellen, plannen en uitvoeren van verpleegkundige zorg credits: 17

Vakcode
HVMP18VBAM1
Naam
Methodisch vaststellen, plannen en uitvoeren van verpleegkundige zorg
Studiejaar
2019-2020
ECTS credits
17
Taal
Nederlands
Coördinator
A.C. de Vries
Werkvormen
  • Action learning
  • Intervisie
  • Opdracht
  • Practicum / Training
  • Stage, werk
  • Werkcollege
Toetsen
  • Zorgdossier module 1 - Verslag

Leeruitkomsten

Eindkwalificaties/ competenties
De student verzamelt en analyseert continu en procesmatig gegevens gericht op het vaststellen van vragen en problemen van de zorgvrager, en het kiezen van daarbij passende zorgresultaten en interventies.
De student verleent integrale zorg door zelfstandig alle voorkomende (inclusief voorbehouden en risicovolle) verpleegkundige handelingen in complexe zorgsituaties uit te voeren met inachtneming van de geldende wet- en regelgeving en vanuit een holistisch perspectief.
De student ondersteunt het zelfmanagement van mensen, hun naasten en hun sociale netwerk, met als doel het behouden of verbeteren van het dagelijks functioneren in hun relatie tot gezondheid, ziekte en kwaliteit van leven.
De student stelt vast, beschrijft en organiseert de aard, duur, omvang en doel van de benodigde (verpleegkundige) zorg, in samenspraak met de zorgvrager, op basis van gediagnosticeerde of potentiële, nader te onderzoeken en te diagnosticeren patiëntproblemen.
De student luistert actief naar de zorgvrager, informeert de zorgvrager, stelt de zorgvrager in staat keuzes te maken in de zorg en benadert de zorgvrager als uniek persoon. 
De student toont een voortdurende gevoeligheid vanuit compassie voor de wensen en noden en daarbij behorende emoties van de zorgvrager, en reageert daarop met passen en persoonsgericht gedrag waarin de zorgvrager zich gehoord en begrepen voelt. 
De student beschouwt het eigen gedrag in relatie tot beroepscode en beroepswaarden. 

Leeruikomsten
De student is in staat om klinisch te redeneren en zorg uit te voeren bij lichamelijke en functionele patiëntproblemen in laag complexe situaties:
•    Gegevens verzamelen bij een zorgvrager
•    Verpleegkundige diagnoses stellen
•    Zorg indiceren
•    Verpleegkundige doelen stellen,
•    Verpleegkundige interventies plannen,
•    Verpleegkundige zorg rapporteren en evalueren
•    Uitvoeren van verpleegkundige interventies
•    Toepassen van persoonsgerichte communicatie
•    Versterken van zelfmanagement
De student vertoont voortdurende gevoeligheid voor emoties van zorgvrager en naasten/ persoonsgericht gedrag tonen (=kernbegrip morele sensitiviteit).
De student gaat contact aan, onderhoudt contact en bouwt contact af met een individuele zorgvrager in laag (-midden) complexe situaties.
De student past reflectieve vaardigheden toe en bevordert eigen deskundigheid op laag complex niveau:
•    Stilstaan bij je eigen handelen
•    Actief en kritisch gedrag tonen om de verpleegkundige deskundigheid van jezelf op peil te brengen en te houden
•    Actief bijdragen aan het zoeken van nieuwe (vormen van) kennis.

De student overlegt systematisch, in dialoog met de zorgvrager over de te verlenen verpleegkundige zorg in laag(-midden) complexe situaties. Houdt in het besluitvormingsproces rekening met de waarden van de zorgvrager en maakt gebruik van verschillende kennisbronnen. De student ondersteunt daarbij het zelfmanagement van een individuele zorgvrager (en diens naasten) met als doel het behouden of verbeteren van het dagelijks functioneren in relatie tot gezondheid en ziekte.

Competentieniveau (CBN, BN2020)
Startniveau.
 

Inhoud

In “Verlenen van basiszorg” staat het toepassen van het verpleegkundig proces in laagcomplexe situaties centraal.

De toets ‘verlenen van basiszorg’ bestaat uit twee onderdelen, namelijk een waardering door de werkbegeleider van het functioneren op de werkplek in relatie tot het Zorgdossier en een beoordeling van ‘Verslag Zorgdossier’. Beide onderdelen moeten met een voldoende beoordeeld worden.

Je kiest in de beroepspraktijk een zorgvrager die voldoet aan de eisen van een laag complexe verpleegsituatie. Bij deze zorgvrager pas je het verpleegkundig proces toe. Je stelt methodisch vast wat de zorgbehoefte is, plant de zorg, voert de zorg uit, rapporteert over de zorg en evalueert de zorg. Je reflecteert op je eigen handelen.
Je wordt hierbij door de werkbegeleider in de praktijk begeleid. De manier waarop je het verpleegkundig proces in de praktijk toepast, wordt aan de hand van een formulier gewaardeerd door de werkbegeleider.

Je schrijft een verslag “Zorgdossier” waarin je beschrijft hoe je middels klinisch redeneren voor twee verpleegkundige diagnoses een zorgplan hebt opgesteld en waarom bepaalde keuzes zijn gemaakt. Daarnaast schrijf je een verslag waarin je reflecteert op het product en het proces.

Tijdens werkgroepbijeenkomsten oefen je met de diverse fasen van het verpleegkundig proces aan de hand van casuïstiek. Methodieken en hulpmiddelen die in de praktijk worden gebruikt worden met elkaar en met de theorie vergeleken.
Tijdens practicumlessen en door zelfstudie en oefenen in de praktijk of in het skillslab leer je vaardigheden gericht op infectiepreventie, ondersteuning lichamelijke verzorging, meten van vitale functies, medicatie verstrekken, subcutaan en intramusculair injecteren, wondverzorging en zwachteltechnieken.
Bij de lessen communicatieve vaardigheden oefen je met basale communicatieve vaardigheden, het voeren van een anamnesegesprek en hoe in gesprek met zorgvrager gezamenlijke doelen te formuleren.
In de reflectiegroepen leer je te reflecteren op het eigen handelen en anderen te ondersteunen bij het reflecteren op hun handelen. Het doel van de reflectiegroep is het ontwikkelen van een kritische en analytische houding ten aanzien van eigen (verpleegkundig) gedrag en dat van collega’s van eigen en andere disciplines.
In module 1 leer je een aantal basis reflectievaardigheden en maak je een start met het voeren van reflectiebijeenkomsten aan de hand van een basismodel voor intervisie. Je medestudenten en jij zorgen afwisselend voor een inbreng dat gerelateerd is aan de opdracht ‘zorgdossier’ en de CanMEDs rollen die centraal staan.

Leermiddelen:
Zie boekenlijst Studystore module 1.
 

School(s)

  • Academie voor Verpleegkunde