Vak: Kijken, vragen en onderzoeken 1 credits: 3

Vakcode
TPVP18KVO1
Naam
Kijken, vragen en onderzoeken 1
Studiejaar
2019-2020
ECTS credits
3
Taal
Nederlands
Coördinator
D. Petri
Werkvormen
  • Hoorcollege
  • Opdracht
  • Werkcollege
Toetsen
  • Actieve Participatie - Actieve participatie
  • Projectopdracht - Opdracht

Leeruitkomsten

Praktijkgericht onderzoeken (leeruitkomst 7), Toepassen van de Psychologische body of knowledge (leeruitkomst 8), Interdisciplinair en (internationaal) samenwerken (leeruitkomst 10), Kritisch brongebruik (leeruitkomst 11), Reflectief vermogen (leeruitkomst 12), Ethisch sensitieve handelswijze (leeruitkomst 13), Helder redeneren (leeruitkomst 14)

Niveau per leeruitkomst:
Inleidend.


Cursusleeruitkomst:
De student kan binnen een voorgestructureerde opdracht over een thema dat betrekking heeft op de doelgroep jongeren, onder begeleiding en in groepsverband een consistent onderzoeksrapport schrijven in correct en zakelijk Nederlands, waarvoor de student:
1. een verkennend literatuuronderzoek uitvoert en beschrijft en een mindmap opstelt, die samen leiden tot de formulering van een passende onderzoeksvraag en doelstelling voor systematische observaties en kwalitatief onderzoek door middel van diepte-interviews.
2. een bij de probleem- en doelstellingen passende onderzoeksopzet ontwerpt, beschrijft en uitvoert, met daarbij passende steekproeftrekkingen, passende meetinstrumenten en rekening houdend met ethische verantwoordelijkheden.
3. de verzamelde gegevens op correcte wijze analyseert en beschrijft.
4. de verzamelde gegevens interpreteert, passende conclusies trekt en hierop kritisch reflecteert. De student laat daarbij zien dat hij in staat is om de onderzoeksresultaten te plaatsen in de context van eerdere literatuur. Tevens laat de student zien dat hij in staat is kritisch te reflecteren op de gebruikte methode en analyse en de eventuele gevolgen daarvan op de resultaten en conclusies en tenslotte  kan de student passende aanbevelingen schrijven.

 

Inhoud

In het project Kijken, vragen, onderzoeken werk je gedurende twee blokken samen in een projectgroep van in totaal circa zes studenten. Uit een aanbod van thema's, die allen 'iets 'met jongeren hebben te maken, maak je samen een keuze om daar een half jaar lang onderzoek naar te doen. In de eerste periode bestaat dat voornamelijk uit verkennend literatuuronderzoek, gedragsobservaties en het afnemen van diepte-interviews. Deze periode wordt afgesloten met een verslag dat uitmondt in een probleemstelling voor een kwantitatief (enquête)onderzoek. In de tweede periode wordt dat kwantitatieve onderzoek ook werkelijk uitgevoerd: je doet diepgaand literatuuronderzoek, je zet het onderzoek op, ontwikkelt daarvoor een vragenlijst, neemt deze af aan een verantwoord getrokken steekproef van mensen. Daarna worden de gegevens statistisch verwerkt. Van het geheel wordt een rapport gemaakt, waarin je de resultaten plaatst in het kader van wat je dan al weet van de psychologie.
Dit project integreert andere studieonderdelen van het eerste half jaar van de studie. In het hele project pas je de stof toe van het vak 'onderzoek en statistiek' (periode 1). Het vak ‘informatievaardigheden’ (periode 1 en 2) is ondersteunend voor het zoeken, gebruiken en op waarde schatten van vakliteratuur en andere bronnen van kennis en informatie. Het vaardighedenonderdeel 'observeren en interviewen' (periode 1) gebruik je vooral in de eerste helft van het project. In periode 2 wordt een practicum gegeven in het gebruik van SPSS, een computerprogramma voor de statische verwerking van gegevens. Daarnaast wordt in periode 2 het vak ‘Helder denken’ gegeven wat ondersteunend is bij het schrijven van de conclusies en aanbevelingen (laatste hoofdstuk eindverslag). In het eindverslag worden de onderzoeksresultaten in verband gebracht met sociaalpsychologische theorieën waarmee je in periode 2 kennismaakt.. Eens per week bespreekt je projectgroepje met een docent de samenwerking en de voortgang van het project.

Tijdens de werkcolleges zal er ook aandacht zijn voor ‘effectief samenwerken’. Tijdens de lessen zijn er verschillende opdrachten die zich richten op de onderlinge samenwerking. Na afloop van het project kan de student de groepsconcepten die nodig zijn om tot effectieve samenwerking te komen beschrijven en toepassen op de eigen projectgroep. Daarnaast kan de student feedback geven aan een van de andere projectgroep leden volgens een passende methodiek.



Bijzonderheden:
Zie voor de Actieve Participatie de studiehandleiding
Deze regels staan los van de aanwezigheid bij de overige projectgroep bijeenkomsten en de inzet voor het project. Ook hiervoor geldt de plicht tot actieve participatie. Mede op basis van de afspraken in het door de projectgroep gemaakte het samenwerkingscontract, de bevindingen van de coach en de ervaringen van de projectgroepsleden kan besloten worden dat een student de projectgroep moet verlaten en het project het volgende jaar opnieuw moeten doen.
Contactpersoon: Dorien Petri (d.peti@pl.hanze.nl)



Kosten:
Deelnemers moeten beschikken over alle relevante boeken van de vakken die parallel in de betreffende periodes worden gegeven, maar hoeven geen boeken speciaal voor dit project aan te schaffen.
Daarnaast bestaan de kosten voornamelijk uit uitgaven voor uitdraaien en kopieën van notulen, vergaderagenda's, tussenproducten, verslagen, vragenlijsten enzovoort.

Opgenomen in opleiding(en)

School(s)

  • Academie voor Sociale Studies