Module 3 Projectmanagement |
EVL 1 Technisch Projectmanagement: | De student verantwoordt in de projectvoorbereiding de onderstaande drie invloedgebieden op consequenties voor de (technische) mogelijkheden om het project uit te voeren en te managen: de kwaliteitslijn vanuit de technische projectresultaten, de planningslijn vanuit de activiteiten en de onderliggende technische en bedrijfskundige risico’s. |
De toetsen waarmee deze EVL wordt getoetst | 1 Project Projectmanagement
|
| |
De leeruitkomsten behorende tot deze EVL die in deze toetsmethode worden getoetst | De student spoort in co-creatie en multidisciplinair projectverband problemen/bottlenecks uit de eigen werkpraktijk op, onderzoekt deze en komt met behulp van een projectmethodiek tot een praktisch toepasbare oplossing voor de opdrachtgever in een beperkte tijdsspanne (onder tijdsdruk). De student kan keuzes herkennen en kan met vele keuzes (keuzevrijheid) om gaan. |
| |
| |
Indicatoren / beoordelingscriteria | De student laat in de projectpraktijk de competenties Ontwerpen, Managen, Adviseren en Onderzoeken zien op een competentieniveau variërend tussen niveau 1 en 2.
|
Minimaal oordeel deeltentamen | |
|
| Technisch Projectmanagement |
De toetsen waarmee deze EVL wordt getoetst | 2 Projectmanagement & Recht |
| |
De leeruitkomst behorende tot deze EVL die in deze toetsmethode worden getoetst | De student schrijft als projectvoorbereiding een projectplan of plan van aanpak waaruit een duidelijke visie blijkt op de kwaliteitslijn, de planningslijn en de onderliggende technische en bedrijfskundige risico’s van het project. |
| Schitfitelijk tentamen en opdracht (Plan van Aanpak) |
| |
Indicatoren / Beoordelingscriteria:
| De student verwoordt op een juiste wijze: de businesscase, projectdoelen en de projectresultaten, de kaders en randvoorwaarden, de omgeving met de stakeholders en belangen, de noodzakelijke deskundigheid en resources en de risico’s en de mogelijkheden om het project uit te voeren rekening houdend met de invloed van vier omgevingsgebieden op het hart van het project.
|
| Beide onderdelen moeten 5,5 of hoger zijn. |