Module 4.1. Energie Automotive |
De toetsen waarmee deze EVL wordt getoetst | 1 Hybride Aandrijvingen Automotive |
| |
De leeruitkomsten behorende tot deze EVL die in deze toetsmethode worden getoetst | De student bepaalt de configuratie van een hybride aandrijving binnen een voertuigontwerp, door gebruik te maken van brandstofcel(systemen), hybride technologieën, systeemintegratie, systeemveiligheid en (planetaire en/of continu variabele) transmissies. |
| |
| |
Indicatoren / beoordelingscriteria | De student heeft kennis van warmteoverdrachtprocessen, warmteoverdrachtberekeningen, optredende stromings- en restverliezen.
De student heeft inzicht in brandstofcellen en brandstofcellen in voertuigen die in de huidige en toekomstige voertuigtechniek toegepast worden.
De student heeft inzicht in de hybride aandrijving en hybride technologie (inclusief de verbrandingsmotor).
De student heeft inzicht in componenten (inclusief planetaire stelsels).
De student heeft inzicht in systeemintegratie en veiligheid. |
Minimaal oordeel deeltentamen | |
|
De toetsen waarmee deze EVL wordt getoetst | 2 Toegepaste Thermodynamica |
| |
De leeruitkomst behorende tot deze EVL die in deze toets methode worden getoetst | De student legt, met gebruik van de belangrijkste thermodynamische beginselen en berekeningen van verbrandingsprocessen, de werking en lay-out van energie- en verbrandingsprocessen uit en gebruikt dit om onderbouwde voorstellen te geven ten aanzien van rendementsverbetering in motoren. |
| |
| |
Indicatoren / Beoordelingscriteria:
| De student kan uitleggen voor welke doelen gecombineerde energie wordt gebruikt en kan aantonen welke voordelen gecombineerde energie heeft.
De student kan de begrippen 'exergie' en 'anergie' uitleggen en berekeningen maken met deze vormen van energie.
De student kan een T-s-diagram aflezen en uitleggen hoe dit werkt.
De student kan het thermisch rendement bespreken en berekenen.
De student kan eenvoudige verbrandingsprocessen doorrekenen. |
| |
|
De toetsen waarmee deze EVL wordt getoetst | 3 Duurzame Energietechniek |
| |
De leeruitkomst behorende tot deze EVL die in deze toets methode worden getoetst | De student geeft uitleg over de diverse duurzame energiebronnen voor wat betreft de mogelijk- en onmogelijkheden van deze bronnen op het gebied van opwekking, distributie en het consumeren van deze energievormen. |
| |
| |
Indicatoren / Beoordelingscriteria:
| De student berekent (onderdelen van) een energienet en in het bijzonder het elektriciteitsnet, waarbij er een koppeling wordt gemaakt met zowel decentrale als centrale, duurzame en niet-duurzame energiebronnen.
De student benoemt het onderscheid tussen duurzame energie en niet-duurzame energie.
De student benoemt de diverse duurzame energiebronnen en geeft uitleg over de (on)mogelijkheden van deze bronnen als het gaat om opwekking, distributie en het consumeren van energievormen.
|
| |