Vak: Juridisch Argumenteren credits: 2

In dit blok wordt aandacht besteed aan de beroepscompetentie Vertegenwoordigen.
Hierbij hoort de volgende leeruitkomst:
·         De student kan relevante argumenten hanteren in een eenvoudige setting.
 
De volgende specifieke leeruitkomsten horen hierbij:
·         De student heeft kennis van het elementaire begrippenapparaat van de argumentatieleer;
·         De student is in staat om de argumentatiestructuur in een juridische tekst te analyseren en weer te geven;
·         De student kan de kennis en argumentatieve vaardigheden toepassen in een conclusie van antwoord (arbeidsrechtelijke setting);
 
Daarnaast wordt aandacht besteed aan de beroepscompetentie  juridisch analyseren:
‘De startende student is in staat om in een eenvoudige en afgebakende situatie juridische vraagstukken te analyseren met gebruikmaking van aangereikte juridische en niet-juridische bronnen.’
 
Hierbij horen de volgende specifieke leeruitkomsten:
·         De student is in staat feiten te selecteren op juridische relevantie;
·         De student is in staat één of meerdere vragen weer te geven in eigen woorden op basis van de juridische relevante feiten;
·         De student is op basis van de resultaten van de eerste twee gedachtestreepjes in staat gegevens te verzamelen en deze te interpreteren en samen te vatten;
·         in staat om op grond van geselecteerde feiten en bronnen een oplossing voor een juridische vraagstuk te formuleren.
 
Daarnaast worden in dit vak ook gedragscompetenties ontwikkeld. De gedragscompetentie die een rol speelt bij juridische argumentatie is schriftelijk communiceren. ‘De student kan zijn ideeën en meningen in begrijpelijke en correcte taal op schrift stellen. ’

 
Aan het eind van dit blok is de student in staat zijn/haar basisschrijfvaardigheid toe te passen in een juridische casus, waarin de argumentatie bij een arbeidsrechtelijke conflict op een leesbare en overtuigende manier wordt beschreven in een conclusie van antwoord.
De leeruitkomsten die aan deze competenties zijn verbonden zijn de volgende:
-          De student doet kennis op over de theorie van (juridische) argumentatie;
-          De student kan een argumentatiestructuur opzetten op basis van een juridische tekst;
-          De student kan de argumentatie in een juridische tekst leren analyseren en beoordelen;
-          De student kan een standpunt helder onderbouwen met subargumenten en feiten, zowel schriftelijk als mondeling;
-          De student is in staat een conclusie van antwoord leesbaar en overtuigend formuleren;