Vak: Action learning opdracht 4 credits: 4

De volgende competenties worden behandeld:
Reguleren
Dossier managen.

Daarnaast wordt er gewerkt aan de volgende onderdelen:

Samenwerken

-    Je herkent in een enkelvoudige casuïstiek de sociaal juridische positie van een cliënt en de mogelijkheden binnen die situatie van deze cliënt.

-    Je bent in staat bovenstaande aan de cliënt uit te leggen en verschillende mogelijkheden met de cliënt te bespreken.

-    Je bent in staat je gedrag en vaardigheden in het contact met de cliënt te evalueren aan de hand van gerichte vragen.

-    Je laat bij de opleiding passende omgangsvormen zien.

-    Je bent in staat om afspraken op te stellen en de consequenties van de afspraken te herkennen en te benoemen

-    Je bent in staat feedback te aan medestudenten en docenten te geven en van hen te ontvangen.

-    Je bent in staat feedback te gebruiken om persoonlijke kwaliteiten en ontwikkelaspecten in beeld te brengen

Beslissen

-    Je bent in staat rondom een eenvoudig sociaal juridisch probleem de juridische elementen te benoemen.

-    Je bent in staat deze juridische elementen toe te passen in dit eenvoudig sociaal juridisch probleem.

-    Je bent in staat op basis van de wet en aangereikte literatuur en jurisprudentie in dit eenvoudig sociaal juridisch probleem een beslissing te nemen.

-    Je bent in staat in grote lijnen aan te geven hoe hij tot zijn beslissing is gekomen

Specifieke Leeruitkomsten Arbeidsrecht/Privaatrecht:

·       Je kan rondom een eenvoudig arbeidsrechtelijk probleem de juridische elementen benoemen die van belang zijn voor de gegeven casuspositie;

·       je kan deze juridische elementen toepassen op dit arbeidsrechtelijk probleem en toetsen aan de casus;

·       Je kan vervolgens op basis van de wet en aangereikte literatuur en jurisprudentie in dit arbeidsrechtelijk probleem een beslissing nemen op basis waarvan hij zijn cliënt kan adviseren of op basis waarvan hij namens zijn cliënt een loonsommatiebrief kan schrijven.

Specifieke leeruitkomsten PCM:

1. De student voert  een intake/adviesgesprek waarbij hij/zij :

• in de opening zichzelf voorstelt, doel en verloop van gesprek benoemd;
• de feiten selecteert op juridische relevantie;
• op basis van die feiten een juridisch vraagstuk formuleert;
• de basis gesprekstechnieken adequaat toepast (vragen stellen, parafraseren, samenvatten, gevoelsreflectie, structuren, doorvragen, luisteren zowel actief als passief)
• inspeelt op de communicatiestijl van de cliënt;
• zo mogelijk oplossingsrichtingen aanreikt;
• het gesprek afrond.

2. De student reflecteert op het gevoerde gesprek en is in staat eigen zwakke en sterke kanten te benoemen.

Specifieke leeruitkomsten Engels: