Vak: Kunstfilosofie credits: 5
- Vakcode
- DBVB21KGB6
- Naam
- Kunstfilosofie
- Studiejaar
- 2021-2022
- ECTS credits
- 5
- Taal
- Nederlands
- Coördinator
- S.A.M. Maring
- Werkvormen
-
- Hoorcollege
- Opdracht
- Toetsen
-
Leeruitkomsten
Kunstfilosofie
De student kan een actueel zelfgekozen onderwerp/discussie bespreken en in verband brengen met basisnoties van (kunst)filosofen, in andere woorden: De student kan specifieke kunstfilosofische noties inzetten voor een reflectie op een zelfgekozen onderwerp/discussie.
De student kan zelfstandig bronnen zoeken, analyseren en gebruiken als fundament voor het verdiepende essay.
De student heeft kennis van de basisteksten en kernbegrippen van de kunstfilosofie.
De student ontwikkeld een educatief product/middel dat bij haar gekozen thematiek/onderwerp aansluit en kunstfilosofische kennis overdraagt.
Contextualisering artistieke praktijk
De student doet zelfstandig en in begeleiding onderzoek naar ‘artist statements’ van andere kunstenaar.
De student formuleert een eigen artist statement, en reflecteert erop voor wie en voor welke context het artist statement is bedoeld.
De student kan zelfstandig bronnen zoeken, analyseren en gebruiken als fundament voor de schriftelijke als ook mondelijke contextualisering van haar werk: hoe haar werk zich verhoudt tot wat/ wie ervoor was (kunstenaars/kunstgeschiedenis), wat nu is (de hedendaagse kunst en cultuur) en hoe men naar kunst keek en kijkt (kunstbeschouwing en kunstfilosofie).
De student selecteert relevante bronnen (kunstenaars, cultuuruitingen, thematieken/discussies, etc.) die aansluiten bij het gemaakte werk.
De student gebruikt eerder verworven kunsthistorische en kunstfilosofisch inzichten tijdens het schrijven van de thesis.
De student kan een actueel zelfgekozen onderwerp/discussie bespreken en in verband brengen met basisnoties van (kunst)filosofen, in andere woorden: De student kan specifieke kunstfilosofische noties inzetten voor een reflectie op een zelfgekozen onderwerp/discussie.
De student kan zelfstandig bronnen zoeken, analyseren en gebruiken als fundament voor het verdiepende essay.
De student heeft kennis van de basisteksten en kernbegrippen van de kunstfilosofie.
De student ontwikkeld een educatief product/middel dat bij haar gekozen thematiek/onderwerp aansluit en kunstfilosofische kennis overdraagt.
Contextualisering artistieke praktijk
De student doet zelfstandig en in begeleiding onderzoek naar ‘artist statements’ van andere kunstenaar.
De student formuleert een eigen artist statement, en reflecteert erop voor wie en voor welke context het artist statement is bedoeld.
De student kan zelfstandig bronnen zoeken, analyseren en gebruiken als fundament voor de schriftelijke als ook mondelijke contextualisering van haar werk: hoe haar werk zich verhoudt tot wat/ wie ervoor was (kunstenaars/kunstgeschiedenis), wat nu is (de hedendaagse kunst en cultuur) en hoe men naar kunst keek en kijkt (kunstbeschouwing en kunstfilosofie).
De student selecteert relevante bronnen (kunstenaars, cultuuruitingen, thematieken/discussies, etc.) die aansluiten bij het gemaakte werk.
De student gebruikt eerder verworven kunsthistorische en kunstfilosofisch inzichten tijdens het schrijven van de thesis.
Inhoud
Kunstfilosofie
In dit gedeelte gaan we de kunst bespreken vanuit een filosofisch perspectief. Naast de hoofdstromingen gaan we de kunstfilosofie ook thematisch benaderen (bv. de hoofd/lichaam dichotomie of de verhouding tussen mens en natuur). Ieder student kiest een actueel onderwerp/ discussie en reflecteert door middel van specifieke kunstfilosofische noties op het gekozen onderwerp. Daarnaast ontwikkel je een educatief product of middel, dat zowel aansluit bij je gekozen onderwerp, als ook kunstfilosofisch kennis overdraagt aan de door jou gekozen doelgroep.
Contextualisering artistieke praktijk
Dit gedeelte borduurt voort op het onderdeel kunstgeschiedenis van semester 5, waarin we eerste stappen hebben gezet voor de positionering en contextualisering van je artistieke praktijk. We kijken samen naar een specifieke vorm van contextualisering - het artist statement. Voor wie schrijf je een artist statement (doelgroep), waarvoor (context, bv. website, tentoonstelling, subsidie-/residencyaanvrag) en vanuit welk perspectief (bv. derde persoon of eerste persoon). Daarnaast doen je zelfstandig verdiepend (bronnen)onderzoek en schrijf je op basis van de door je verzamelde relevante bronnen een thesis. Deze thesis is een uitgebreide contextualisering van jouw artistieke praktijk: hoe je werk zich verhoudt tot wat ervoor was (kunstgeschiedenis), wat er nu is (de hedendaagse kunst en cultuur) en hoe men naar kunst keek en kijkt (kunstbeschouwing en kunstfilosofie). De docent begeleid je in het onderzoeksproces tijdens zowel groepsbijeenkomsten, als ook individuele gesprekken.
In dit gedeelte gaan we de kunst bespreken vanuit een filosofisch perspectief. Naast de hoofdstromingen gaan we de kunstfilosofie ook thematisch benaderen (bv. de hoofd/lichaam dichotomie of de verhouding tussen mens en natuur). Ieder student kiest een actueel onderwerp/ discussie en reflecteert door middel van specifieke kunstfilosofische noties op het gekozen onderwerp. Daarnaast ontwikkel je een educatief product of middel, dat zowel aansluit bij je gekozen onderwerp, als ook kunstfilosofisch kennis overdraagt aan de door jou gekozen doelgroep.
Contextualisering artistieke praktijk
Dit gedeelte borduurt voort op het onderdeel kunstgeschiedenis van semester 5, waarin we eerste stappen hebben gezet voor de positionering en contextualisering van je artistieke praktijk. We kijken samen naar een specifieke vorm van contextualisering - het artist statement. Voor wie schrijf je een artist statement (doelgroep), waarvoor (context, bv. website, tentoonstelling, subsidie-/residencyaanvrag) en vanuit welk perspectief (bv. derde persoon of eerste persoon). Daarnaast doen je zelfstandig verdiepend (bronnen)onderzoek en schrijf je op basis van de door je verzamelde relevante bronnen een thesis. Deze thesis is een uitgebreide contextualisering van jouw artistieke praktijk: hoe je werk zich verhoudt tot wat ervoor was (kunstgeschiedenis), wat er nu is (de hedendaagse kunst en cultuur) en hoe men naar kunst keek en kijkt (kunstbeschouwing en kunstfilosofie). De docent begeleid je in het onderzoeksproces tijdens zowel groepsbijeenkomsten, als ook individuele gesprekken.
Opgenomen in opleiding(en)
School(s)
- Academie Minerva