Vak: Artistieke ontwikkeling blok 1 credits: 5

2D waarneming
Proces
•    De student leert een onderzoekende houding aan op het gebied van compositie ruimtelijkheid plasticiteit lichtdonker vorm restvorm en andere beeldende begrippen (1.2, 5.6).
•    De student demonstreert een onderzoekende houding door in zijn werkboek zelfstandig studies maken (1,2, 5.6)
•    De student kent de bedoeling van het beeldprofiel en neemt zo kennis van de actuele ontwikkelingen in de beeldende kunst.(1.5, 5.3)
•    De student zorgt voor een verslag van de bespreking en gebruikt dit verslag in zijn studievervolg.

Product
•    De student kan op doeltreffende wijze de verhoudingen en (eenvoudige) anatomie van het menselijk lichaam  weergeven (1.2)
•    De student kan naar directe waarneming schetsen maken in lijn en in vlekken en maakt gebruik van licht en donker om plasticiteit op het platte vlak suggereren (1.2)
•    De student kan met materialen, technieken en beeldaspecten omgaan en deze bewust inzetten (1.5, 5.2)
•    De student richt een presentatie in voor de werkbespreking en leidt de evaluatie in (3.2)

Media waarneming
Proces
•    De student kent alle materialen, technieken en begrippen die tijdens dit blok worden aangeboden.
•    De student herkent en vermijdt clichés en te algemeen bekende beeldtalen 
•    De student experimenteert met fotografie en is bewust van de werking van contrast, camerastandpunt, belichting, afsnijding, compositie, kadrering, formaat 
•    De student experimenteert met digitale beeldbewerking in Photoshop en kent begrippen als compositie, abstractie, afsnijding, vorm en restvorm, formaat, ritme, structuur/textuur, kleur
•    De student is in staat om een onderwerp/begrip nader te onderzoeken, naar zijn eigen hand te zetten en een passende vorm daarvoor te kiezen
•    De student verzamelt materiaal en inspiratiebronnen ten behoeve van het beeldend onderzoek en is in staat om het verzamelt materiaal te analyseren, te ordenen, te selecteren en daaruit te kiezen.

Product
•    De student is in staat om het eindproduct uit te voeren en te presenteren. 
•    De student maakt werk waarin het idee achter het werk zo duidelijk mogelijk wordt weergegeven.

3D Waarneming
Proces
•    De student snapt de opdrachten (1.1, 1.4, 5.1)
•    De student produceert beeldend werk overeenkomstig het aantal studiepunten dat daarvoor is opgenomen.
•    De student kent de bedoeling van het Beeldprofiel en van het Werkboek en past die toe (1.1, 1.2, 1.4, 1.5, 4.1, 5.3, 5.6)
•    De student kent de basiseigenschappen van klei, kent het boetseergereedschap (1.2, 5.3, 5.6)
•    De student kan een vorm vanuit de waarneming na-boetseren m.b.v. de gegeven begrippen (1.2, 1.4)  
•    De student kent het begrip “voorstudie” en past dat toe in opdrachten (1.2, 5.3, 5.6)
•    De student legt het proces vast via foto’s, schetsen en aantekeningen in werkboek (1.4,  5.1, 5.3, 5.6)
•    De student zorgt voor een verslag van de werkbespreking (1.2, 4.1, 5.1, 5.3, 5.6)  

Product
•    De student kent de basisbegrippen voor sculptuur uit de Toolkit Maken en kan die toepassen in de opdrachten (1.2, 1.4, 3.2, 5.1, 5.3) 
•    De student kent het begrip anatomie en past basisinformatie toe in de opdrachten (1.2,  5.3, 5.6)
•    De student denkt na over relatie mens en omgeving(context) en maakt opdrachten waarin dat zichtbaar wordt (1.1, 1.2, 1.4, 4.1, 5.3)
•    De student kan daarbij een mensfiguur in natuurgetrouwe verhoudingen weergeven (1.2,  5.3, 5.6)
•    De student is in staat om in het beeldend werk een eigen handschrift te ontwikkelen (1.1,  1.2, 1.4, 4.1)
•    De student kan verworven kennis en kunde naar eigen inzicht toepassen in een vrije Opdracht (1.1, 1.2, 1.4, 3.2, 4.1, 5.3, 5.6)
•    De student richt een presentatie in t.b.v. werkbespreking/beoordeling, waarin de resultaten van de opdrachten en de lessen zichtbaar zijn,- let daarbij op samenhang tussen resultaten uit de verschillende beeldende studieonderdelen en leidt zelf de evaluatie in (1.1, 1.2, 1.4, 3.2, 4.1, 5.1, 5.3, 5.6)