Vak: Technologie en Communicatie credits: 10

Vakcode
ENDH20COM
Naam
Technologie en Communicatie
Studiejaar
2022-2023
ECTS credits
10
Taal
Nederlands
Coördinator
F.P.A. van Haperen
Werkvormen
  • Hoorcollege
  • Werkcollege
Toetsen
  • (Voertuig) Dynamica - Computer, organisatie ToetsCentrum
  • Energiebronnen en dragers - Computer, organisatie ToetsCentrum
  • Energieomzetting Automotive - Computer, organisatie ToetsCentrum
  • Presenteren 1 - Opdracht
  • Toegepaste Statistiek - Computer, organisatie ToetsCentrum

Leeruitkomsten

 

Module 3 Projectmanagement

EVL 1 Technologie & Conmunicatie 

De student beoordeelt een gekozen project op de technische aspecten vanuit Werktuigbouwkunde en Electrotechniek, ontwerpt vanuit deze disciplines technische oplossingen die aantoonbaar bijdragen aan het realiseren van het totale projectresultaat en communiceert hierover zonodig naar de stakeholders.  

De toetsen waarmee deze EVL wordt getoetst 

I Energiebronnen en Dragers 

 

Weging 

20 % 

De leeruitkomsten behorende tot deze EVL die in deze toetsmethode worden getoetst 

De student lost technische vraagstukken op over opwekking, distributie, opslag en consumptie van energie. 

 

Toetsvorm 

Schriftelijk tentamen 

Toetsmoment  

Eind van de module 

Indicatoren / beoordelingscriteria 

Heeft kennis van de verschillende begrippen (en hun onderlinge relaties) zoals vermogen, energie, stroom, spanning, impedantie.

 Past het bovenstaande samen met de principes van Kirchhoff en Thevenin toe in relevante vraagstukken. 

Heeft de juiste oplossing van vraagstukken m.b.t. de oorsprong en betekenis van arbeidsfactor en de verschillen tussen werkelijk vermogen, blindvermogen en schijnbaar vermogen. 

Heeft de juiste oplossing van vraagstukken met de componentenspoel en condensator in situaties met gelijkstroom en wisselstroom (opladen, ontladen en faseverschuiving).

Minimaal oordeel deeltentamen 

5,5 

 

EVL:  

Technologie & Conmunicatie 

De toetsen waarmee deze EVL wordt getoetst 

II Voertuig Dynamica 

Weging 

20% 

De leeruitkomst behorende tot deze EVL die in deze toetsmethode worden getoetst 

De student past principes van arbeid en energie toe in vlakke kinetische vraagstukken betreffende starre lichamen waarbij kracht, snelheid en verplaatsing een rol spelen (bijvoorbeeld: het berekenen van het benodigd vermogen voor het optrekken van een voertuig).

Met betrekking tot bovenstaande vraagstukken bepaalt de student de benodigde kracht(en), relateert en berekent de positie, snelheid en versnelling van een puntmassa ten opzichte van elkaar.

Met betrekking tot bovenstaande vraagstukken berekent de student de weerstand van een star lichaam tegen een versnelling.  
 

Toetsvorm 

Schriftelijk tentamen 

Toetsmoment 

Eind van de module 

Indicatoren /  
Beoordelingscriteria:  
 

 

Op alle mogelijke manieren zijn positie, snelheid en versnelling van een puntmassa aan elkaar gerelateerd en berekend. 

De hiervoor benodigde kracht(en) zijn bepaald. 

De weerstand van een star lichaam tegen versnelling is bepaald. 

De toepassing van het principe van arbeid en energie om vlakke kinetische vraagstukken betreffende starre lichamen waarbij kracht, snelheid en verplaatsing een rol spelen op te lossen. 

 

 

Minimaal oordeel  

 

5,5 

 

EVL:  

Technologie & Conmunicatie 

De toetsen waarmee deze EVL wordt getoetst 

III Energie-omzetting Automotive 

Weging 

20% 

De leeruitkomst behorende tot deze EVL die in deze toetsmethode worden getoetst 

De student legt, met gebruik van de belangrijkste thermodynamische beginselen en berekeningen de werking en lay-out van energie- en verbrandingsprocessen uit en gebruikt dit om onderbouwde voorstellen te geven ten aanzien van rendementsverbetering.  
 

Toetsvorm 

Schriftelijk tentamen 

Toetsmoment 

Eind van de module 

Indicatoren /  
Beoordelingscriteria:  
 

 

   Gebruikt de belangrijkste thermodynamische beginselen.

Past de belangrijkste formules toe die betrekking hebben op de ideale gastheorie in de praktijk voorkomende processen en installaties. 

Werkt met stoomtabellen.

Werkt met het Mollier-diagram (enthalpie-entropie) en het T-s-diagram (temperatuur-entropie). 

Rekent installaties door op energieverbruik en rendement.

   Geeft over de werking en lay-out van energie-opwekkingseenheden en processen en praat mee over voorstellen ten aanzien van rendementsverbeteringsvraagstukken. 

 

Minimaal oordeel  

 

5,5 

 

 

EVL:  

Technologie & Conmunicatie 

De toetsen waarmee deze EVL wordt getoetst 

V Toegepaste Statistiek 

Weging 

30% 

De leeruitkomst behorende tot deze EVL die in deze toetsmethode worden getoetst 

De student gebruikt beschrijvende technieken om cijfermatige gegevens weer te geven en te analyseren. 
De student werkt met inductieve technieken om toetsings- en schattingsprocedures uit te voeren.  

Toetsvorm 

Schriftelijk tentamen 

Toetsmoment 

Einde module 

Indicatoren /  
Beoordelingscriteria:  
 

 

Maakt van een verzameling waarnemingsuitkomsten een frequentieverdeling en het daarbij horend histogram.
 
Bepaalt maatstaven voor centrale ligging en maatstaven voor spreiding  voor zowel een verzameling waarnemingsuitkomsten als voor een frequentieverdeling.

Rekent met permutaties, combinaties en variaties.
 
Rekent kansen uit.
 
Rekent met de Binomiale verdeling, de Hypergeometrische verdeling, de Poisson-verdeling, De Normale verdeling, de Uniforme verdeling en de Negatief-Exponentieleverdeling.

Maakt een normal probability plot.
 
Past de Centrale Limietstelling toe.
 
Bepaalt betrouwbaarheidsintervallen voor de verwachting en voor de standaarddeviatie.
 
Past Lineaire regressie toe. 

 

Minimaal oordeel  

 

5,5 

 

EVL:  

Technologie & Conmunicatie 

De toetsen waarmee deze EVL wordt getoetst 

IV Presenteren 1 

Weging 

10% 

De leeruitkomst behorende tot deze EVL die in deze toetsmethode worden getoetst 

De student laat in de eigen presentatie zien dat hij/zij de inhoud overtuigend overbrengt, een publiekgerichte houding heeft, een heldere structuur hanteert en het gebruik van (digitale) presentatiemiddelen goed beheerst.  

  

Toetsvorm 

Individuele opdracht 

Toetsmoment 

Tijdens module 

Indicatoren /  
Beoordelingscriteria:  
 

 

  Goede inleiding, met pakkende opening en duidelijk doel. 

De structuur wordt duidelijk aangegeven.  

Het middenstuk heeft een logische opbouw met duidelijke overgangen.
 
Het slot is origineel en bevat een conclusie en samenvatting.
 
Wat betreft taalgebruik zijn de woordkeuze en zinsbouw eenvoudig en aangepast aan het publiek. 

Er wordt spreektaal gebruikt.
 
De spreker is persoonlijk betrokken, heeft oogcontact met het publiek en maakt gebruik van functionele gebaren. 

De spreker staat in een goede houding en heeft een levendige mimiek.
 
De spreker articuleert duidelijk, praat niet te snel, heeft een goed volume en varieert in tempo en volume. 

De gebruikte (audio-)visuele middelen zijn goed verzorgd, functioneel en worden juist gebruikt. 

De presentatie is niet te lang en heeft de nodige humor.
 
De spreker beheerst het onderwerp goed.

 

 

Minimaal oordeel  

 

5,5 

 
 

Module 3 Projectmanagement Automotive 

 

De toetsen waarmee deze EVL wordt getoetst 

I Energiebronnen en Dragers 

 

Weging 

2 EC 

De leeruitkomsten behorende tot deze EVL die in deze toetsmethode worden getoetst 

De student lost autotechnische vraagstukken op m.b.t. tot de opwekking, distributie, opslag en consumptie van energie.  

  

Toetsvorm 

Schriftelijk tentamen 

Toetsmoment  

Eind van de module 

Indicatoren / beoordelingscriteria 

De student past in autotechnische vraagstukken Kirchhoffvergelijkingen met meerdere onbekenden, het theorema van Thevenin of superpositie toe op begrippen (en hun onderlinge relaties) als vermogen, energie, stroom, spanning en impedantie.   

 
De student lost autotechnische vraagstukken op vanuit kennis over oorsprong en betekenis van arbeidsfactor en de verschillen tussen werkelijk, blind en schijnbaar vermogen.  

 
De student lost autotechnische vraagstukken op met de componenten spoel en condensator in situaties met gelijkstroom en wisselstroom. (opladen, ontladen en faseverschuiving).

Minimaal oordeel  

5,5 

 

De toetsen waarmee deze EVL wordt getoetst 

II Voertuig Dynamica 

Weging 

2 EC 

De leeruitkomst behorende tot deze EVL die in deze toetsmethode worden getoetst 

De student past principes van arbeid en energie toe in vlakke kinetische vraagstukken betreffende starre lichamen waarbij kracht, snelheid en verplaatsing een rol spelen (bijvoorbeeld het berekenen van het benodigd vermogen voor het optrekken van een voertuig). 

Met betrekking tot bovenstaande vraagstukken bepaalt de student de benodigde kracht(en), relateert en berekent de positie, snelheid en versnelling van een puntmassa ten opzichte van elkaar.  

Met betrekking tot bovenstaande vraagstukken berekent de student de weerstand van een star lichaam tegen een versnelling.  
 

Toetsvorm 

  Schriftelijk tentamen 

Toetsmoment 

  Eind van de module 

Indicatoren /  
Beoordelingscriteria:  
 

 

Op alle mogelijke manieren zijn positie, snelheid en versnelling van een puntmassa aan elkaar gerelateerd en berekend.

De hiervoor benodigde kracht(en) zijn bepaald .

De weerstand van een star lichaam tegen versnelling is bepaald. 

De toepassing van het principe van arbeid en energie om vlakke kinetische vraagstukken op te lossen, betreffende starre lichamen waarbij kracht, snelheid en verplaatsing een rol spelen. 

Minimaal oordeel  

 

5,5 

  

De toetsen waarmee deze EVL wordt getoetst 

III Energieomzetting Automotive 

Weging 

2 EC 

De leeruitkomst behorende tot deze EVL die in deze toetsmethode worden getoetst 

De student legt, met gebruik van de belangrijkste thermodynamische beginselen en berekeningen, de werking en lay-out van energie- en verbrandingsprocessen uit en gebruikt dit om onderbouwde voorstellen te geven ten aanzien van rendementsverbetering. 
 

Toetsvorm 

  Schriftelijk tentamen 

Toetsmoment 

  Eind van de module 

Indicatoren /  
Beoordelingscriteria:  
 

 

  Gebruik van de belangrijkste thermodynamische beginselen.

Toepassing van de belangrijkste formules die betrekking hebben op de ideale gastheorie in de Automotive praktijk voorkomende processen.

Het werken met het Mollier-diagram (enthalpie-entropie) en het T-s-diagram (temperatuurentropie).

Doorrekenen van verbrandingsmotoren op energieverbruik en rendement. 

Minimaal oordeel  

 

5,5 

 

 

De toetsen waarmee deze EVL wordt getoetst 

IV Toegepaste Statistiek 

Weging 

3 EC 

De leeruitkomst behorende tot deze EVL die in deze toets methode worden getoetst 

De student gebruikt beschrijvende technieken om cijfermatige gegevens weer te geven en te analyseren. 
De student werkt met inductieve technieken om toetsings- en schattingsprocedures uit te rekenen.

Toetsvorm 

Schriftelijk tentamen 

Toetsmoment 

Einde module 

Indicatoren /  
Beoordelingscriteria:  
 

 

Van een verzameling waarnemingsuitkomsten een frequentieverdeling en het daarbij horend histogram maken.
 
Maatstaven voor centrale ligging en maatstaven voor spreiding bepalen voor zowel een verzameling waarnemingsuitkomsten als voor een frequentieverdeling.
 
Rekenen met permutaties, combinaties en variaties.
 
Kansen uitrekenen.
 
Rekenen met de Binomiale verdeling, de Hypergeometrische verdeling, de Poisson-verdeling, de Normale verdeling, de Uniforme verdeling en de Negatief-Exponentieleverdeling.

Een normal probability plot maken .

De Centrale Limietstelling toepassen.
 
Betrouwbaarheidsintervallen bepalen voor de verwachting en voor de standaarddeviatie.

Lineaire regressie toepassen. 

 

Minimaal oordeel  

 

5,5 

 

De toetsen waarmee deze EVL wordt getoetst 

V Presenteren 1

Weging 

1 EC 

De leeruitkomst behorende tot deze EVL die in deze toets methode worden getoetst 

De student laat in de eigen presentaties zien dat hij/zij de inhoud overtuigend overbrengt, een publiekgerichte houding heeft, een heldere structuur hanteert en het gebruik van (digitale) presentatiemiddelen goed beheerst.  

Toetsvorm 

Individuele opdracht 

Toetsmoment 

Tijdens module 

Indicatoren /  
Beoordelingscriteria:  
 

 

Goede inleiding, met pakkende opening en duidelijk doel. 

De structuur wordt duidelijk aangegeven.  

Het middenstuk heeft een logische opbouw met duidelijke overgangen.  

Het slot is origineel en bevat een conclusie en samenvatting. 

Wat betreft taalgebruik zijn de woordkeuze en zinsbouw eenvoudig en aangepast aan het publiek. 

Er wordt spreektaal gebruikt.
 
De spreker is persoonlijk betrokken, heeft oogcontact met het publiek en maakt gebruik van functionele gebaren. 

De spreker staat in een goede houding en heeft een levendige mimiek.
 
De spreker articuleert duidelijk, praat niet te snel, heeft een goed volume en varieert in tempo en volume. 

De gebruikte (audio-)visuele middelen zijn goed verzorgd, functioneel en worden juist gebruikt. 

De presentatie is niet te lang en met de nodige humor. 

De spreker beheerst het onderwerp goed.  

Minimaal oordeel  

 

5,5 

 

 

 

Inhoud