Vak: B. Duurzame sportparticipatie credits: 15

Vakcode
HLVP22DSP
Naam
B. Duurzame sportparticipatie
Studiejaar
2022-2023
ECTS credits
15
Taal
Nederlands
Coördinator
M.N. Baalmans
Werkvormen
  • Hoorcollege
  • Intervisie
  • Opdracht
  • Practicum / Training
  • Stage, werk
  • Werkcollege
Toetsen
  • B. Duurzame sportparticipatie - Portfolio assessment

Leeruitkomsten

Het tweede semester staat in het teken van het beïnvloeden van kwaliteit- en kwantiteit van bewegen.   
Hij werkt aan onderstaande bekwaamheden. Hierbij maakt hij een keuze uit twee kennisthema’s: beter leren bewegen of duurzame sportparticipatie.   
 
De student realiseert onderstaande leeruitkomsten: 
 
Leeruitkomst: pedagogisch bekwaam (propedeuse niveau):   
De sportleraar realiseert, onder begeleiding vanuit een duidelijke opdracht, veilige en ontwikkelingsgerichte lessen bewegingsonderwijs voor leerlingen zodat leerlingen zich sociaal-emotioneel verder ontwikkelen, waarbij de sportleraar aandacht schenkt aan een positieve houding ten opzichte van bewegen en sport. 
 
Leeruitkomst: vakinhoudelijke bekwaam (propedeuse niveau):  
De sportleraar plant, realiseert, verantwoordt en evalueert onder begeleiding en vanuit een gegeven kader beweegactiviteiten die bijdragen aan het beter leren bewegen en sporten van kinderen. 
 
Leeruitkomst: vakdidactisch handelen (propedeuse niveau):  
De sportleraar realiseert onder begeleiding beweegprogramma’s passend bij gegevens kaders. 
 
Leeruitkomst: bekwaam in samenwerken met collega’s en de omgeving (propedeuse niveau):  
De sportleraar werkt onder begeleiding samen met collega’s aan een veilig leerklimaat. Hij is proactief naar zijn opdrachtgever. Dit doet hij door in te spelen op de teambehoefte, waarbij hij rekening houdt met de kwaliteiten binnen het team. 
 
Leeruitkomst: bekwaam in vakmatige ontwikkeling o.b.v. onderzoekend vermogen (propedeuse niveau):  
De sportleraar doorloopt, onder begeleiding en binnen gegeven kaders, delen van de interventiecyclus en maakt daarbij gebruik van aangereikte theorieën om tot verbeteringen te komen. Dit proces voert hij op systematische en navolgbare wijze uit. 
 
Leeruitkomst: bekwaam in professionele ontwikkeling (PI) (propedeuse niveau):  
De sportleraar geeft op een praktische wijze sturing aan zijn eigen identiteit op basis van reflectie en draagt op deze wijze bij aan de ontwikkeling van zichzelf en van medestudenten. 
 
 

 

Inhoud

Semesterthema: Beinvloeden van kwaliteit- en kwantiteit van bewegen 
 
Opdracht. 
Dit programmaonderdeel richt zich op het positief beïnvloeden van de kwaliteit- en kwantiteit van bewegen van kinderen in de context basisonderwijs. De student leert aangeboden theorieën over didactiek, ontwikkelingspsychologie en motivatie te vertalen naar in de (stage)praktijk.  
Naast de reguliere lessen op stage voert de student een eenvoudige interventiecyclus uit. Hierbij heeft de student keuzevrijheid om de interventie in te richten op beter leren bewegen of duurzame sportparticipatie. Vanuit handelen en reflectie werkt de student aan zijn competentie ontwikkeling en professionele identiteit. 
 
Toetsing. 
Gedurende het semester verzamelt de student bewijslast om de leeruitkomsten op minimaal propedeuse niveau aan te tonen.  
De summatieve toetsing vindt plaats op basis van een portfolio. 
 
Uit de landelijke kennisbasis komen de volgende onderdelen aan de orde:  

  • veelvoorkomende typen gesprekken (bijvoorbeeld begeleidingsgesprek, beoordelingsgesprek, slecht-nieuwsgesprek, adviesgesprek); 
  • strategieën om feedback te geven; 
  • principes van projectmatig werken en projectmanagement; 
  • bruikbare reflectie- en evaluatiemodellen; 
  • de plaats, belang en functie van praktijk(gericht) onderzoek in de beroepsuitoefening; 
  • de onderzoekcyclus en andere modellen van planmatig handelen als onderdeel van het totaalproces van onderzoeken en innoveren; 
  • verschillende dataverzamelings- en analysemethoden; 
  • passende manieren om zijn bevindingen te delen met anderen (onder andere met leerlingen, ouders, collega’s, werkveld); 
  • de invloed van opvattingen van de school op de vormgeving van het vak lichamelijke opvoeding; 
  • onderwijsconcepten; 
  • typen leerdoelen en niveaus van doelen; 
  • (digitale) didactische-/ instructiemodellen; 
  • afstemming tussen leerling kenmerken en de didactische- en methodische aanpak; 
  • instructievormen en didactische werkvormen; 
  • doelen, functie en vormen van evalueren; 
  • kwaliteitscriteria die een rol spelen bij evalueren; 
  • motorische leertheorieën; 
  • fasen in de motorische ontwikkeling van leerlingen; 
  • veelvoorkomende problemen in het (leren) bewegen bij leerlingen; 
  • verschillende manieren om te differentiëren en recht te doen aan verschillen tussen leerlingen; 
  • manieren om de beweegontwikkeling van leerlingen te evalueren en te waarderen; 
  • methodische principes van beweegactiviteiten
  • methodische volgordes van beweegactiviteiten
  • pedagogische opvattingen; 
  • gedragsproblematiek van leerlingen en mogelijke aanpakken; 
  • theoretische achtergronden omtrent het beïnvloeden van motivatie bij kinderen en jeugdigen; 
  • theoretische achtergronden omtrent leerkracht-leerling interactie; 

 
Voor deze module geldt, naast de aanschaf van de verplichte literatuur , geen additionele kosten. 
 

Opgenomen in opleiding(en)

School(s)

  • Instituut voor Sportstudies