Vak: Contract- en goederenrecht credits: 5

Vakcode
REDB22CGR
Naam
Contract- en goederenrecht
Studiejaar
2022-2023
ECTS credits
5
Taal
Nederlands
Coördinator
L. Wolting
Werkvormen
  • Werkcollege
  • Werkvorm 1
  • Werkvorm 2
Toetsen
  • Contract- en goederenrecht - Computer, organisatie ToetsCentrum

Leeruitkomsten

Analyseren niveau 2_leeruitkomsten 1.1 t/m 1.5:

De student analyseert onder begeleiding in een afgebakende complexe situatie juridische vraagstukken rekening houdend met de omgeving en met gebruikmaking van meerdere juridische en niet-juridische bronnen en verantwoordt de daarin gemaakt keuzes mondeling en schriftelijk:
  1. De student brengt van een afgebakende complexe juridische praktijksituatie en/of een open probleemstelling de feiten in kaart, maakt daarbij een ordening op juridische relevantie, formuleert van daaruit de rechtsvragen en kan deze schriftelijk en/of mondeling beantwoorden enverantwoorden;
  2. De student werkt op methodisch verantwoorde wijze met gebruikmaking van een plan van aanpak en rekening houdend met eenvoudige theoretische inzichten, enige resultaten van bestaand onderzoek en relevante wet- en regelgeving en jurisprudentie;
  3. De student komt op basis van bovenstaande tot schriftelijke of mondelingeaanbevelingen;
  4. De student motiveert gemaakte keuzes in rechtsvragen, bronnen, plan van aanpak en aanbevelingen;
  5. De student verwerkt bronnen in eigen tekst en brengt hierin verbanden aan.

Inhoud

Binnen contract- en goederenrecht komt zowel het verbintenissenrecht als het goederenrecht aan de orde, waardoor studenten een goede basis hebben in het vermogensrecht. Meer specifiek gaat het dan bij verbintenissenrecht om de precontractuele fase, het afbreken van onderhandelingen, het sluiten van de overeenkomst en de inhoud van de overeenkomst inclusief bijzondere bedingen en de algemene voorwaarden.
Bij goederenrecht gaat het in het bijzonder om de gevolgen van het vernietigen en ontbinden van overeenkomsten op de eigendomsoverdracht, ontbindende en opschortende voorwaarden, waaronder het eigendomsvoorbehoud en de absolute zekerheidsrechten, met name het pandrecht.

Alle onderdelen worden toegespitst op het onderkennen van juridische risico’s, het formuleren van die risico’s en het beheersen van die risico’s. Dat maakt het voor ondernemers extra relevant en toepasbaar.

Opgenomen in opleiding(en)

School(s)

  • Instituut voor Rechtenstudies