Vak: Domein Onderzoek 9 credits: 5

• KOERS BEPALEN; De CE’er zet de commerciële koers uit. Dit doet hij op basis van zijn visie, de kansen die hij in de markt ziet en het duurzame concurrentievoordeel van de organisatie waarin hij werkzaam is. Omdat hij niet in een vacuüm werkt is de CE’er een bruggenbouwer die zowel kennis als mensen verbindt.
• WAARDE CREËREN ; De CE’er geeft invulling aan de commerciële koers door duurzame waarde te creëren voor zowel de klant, de organisatie en de maatschappij. Dit doet hij op basis van analyse van data en onderzoek, gericht op het meten van het daadwerkelijk gedrag van de klant. Hij weet deze analyse te vertalen naar een aanpak.
• BUSINESS DEVELOPMENT; De CE’er ontwerpt in co-creatie met stakeholders onderscheidende en/of vernieuwende concepten en verdienmodellen voor de optimalisatie van waarde voor alle relevante stakeholders. Hij anticipeert op en/of initieert veranderingen en verkrijgt draagvlak van de stakeholders gedurende het ontwikkelproces.
• REALISEREN; De CE’er realiseert vanuit het ontwikkelde concept een duurzaam commercieel (deel)product of dienst voor bestaande- en potentiele stakeholders. De CE’er draagt creatieve oplossingen aan, faciliteert (onderdelen van) het uitvoeringsproces toont doorzettingsvermogen en neemt (financiële) verantwoordelijkheid om samen met interne- en externe partijen tot het gewenste commerciële resultaat te komen. Tijdens de realisatie draagt hij zorg voor het commitment van stakeholders.

• Creativiteit
• Samenwerken
• Initiatief
• Doorzettingsvermogen
• Aanpassingsvermogen
• Communicatief
• Verantwoordelijkheidsbesef
• Commercieel bewustzijn
• Leiderschap
• Nieuwsgierigheid
• Kritisch denken

Kwalitatief onderzoek/onderzoeksproject
De student kan:

1. m.b.v. een plan van aanpak een organisatie met een geschikt marketingvraagstuk acquireren als opdrachtgever;
2. de opdrachtgevende organisatie en het marketingvraagstuk, inclusief de afbakening ervan, beschrijven en een managementvraag formuleren;
3. het onderzoek afbakenen en een centrale vraag en deelvragen formuleren;
4. één of meerder modellen toepassen voor de beantwoording van alle deelvragen;
5. een onderzoekmodel maken;
6. secundair onderzoek uitvoeren en met de resultaten daarvan deel- en/of onderzoeksvragen beantwoorden;
7. een instrumentarium maken voor primair onderzoek;
8. kritisch reflecteren op zowel eigen gedrag en prestaties als die van de groepsleden en dit specifiek helder en volledig kunnen verwoorden en daarvan leren door het tonen van professioneel gedrag