Vak: Onderzoek Innovatiemogelijkheden credits: 20
- Vakcode
- ENDH23OOT
- Naam
- Onderzoek Innovatiemogelijkheden
- Studiejaar
- 2024-2025
- ECTS credits
- 20
- Taal
- Nederlands
- Coördinator
- F.P.A. van Haperen
- Werkvormen
-
- Hoorcollege
- Werkcollege
- Toetsen
-
- Managen van Transities - Opdracht
- Methode van Onderzoek - Opdracht
- Project HTSM TB/WTB - Opdracht
- Verandermanagement 2 - Opdracht
Leeruitkomsten
PLU | Onderzoek, ontwerp & realisatie innovatie TB
| |
De toetsen waarmee deze PLU wordt getoetst | 1 Project HTSM
| |
Weging | 50% | |
De leeruitkomsten behorende tot deze PLU die in deze toets methode worden getoetst | De student verdiept zich in het onderwerp HTSM en de voor het project benodigde onderzoeksmethodologie door literatuurstudie en/of deskresearch, zodat er voldoende basis is voor het opzetten en uitvoeren van een onderzoek t.b.v. een Technisch Bedrijfskundig vraagstuk. De student beschrijft op basis van een vooronderzoek een Technisch Bedrijfskundig vraagstuk i.r.t. de organisatorische impact van High Tech Systems & Materials in de vorm van context (interne- en externe analyse van het probleemgebied), probleemstelling, doelstelling en vraagstelling. De student maakt vanuit de probleemanalyse onderbouwd, duidelijk wat de doelstelling en centrale vraag van hun onderzoek is en geeft aan hoe dit vertaald kan worden naar een diagnostische-, ontwerpgerichte- en adviesgerichte vraagstelling. Vervolgens stelt student een Onderzoeksplan op volgens de richtlijnen toegelicht in het vak Methoden van Onderzoek. De student voert de in het onderzoeksplan beschreven aanpak uit en presenteert de onderzoeksresultaten in een adviesrapport en een presentatie.
| |
Toetsvorm | Opdracht | |
Toetsmoment | Tijdens module | |
Indicatoren / beoordelingscriteria | De student toont aan zich te kunnen verdiepen in het onderwerp HTSM en de benodigde onderzoeksmethodologie door literatuurstudie en/of deskresearch, zodat er een voldoende basis is voor het opzetten en uitvoeren van een onderzoek t.b.v. een Technisch Bedrijfskundig vraagstuk. De student omschrijft op basis van een interne en externe analyse vooronderzoek een Technisch Bedrijfskundig vraagstuk in de vorm van een context, probleemstelling en doelstelling en formuleert op basis daarvan een passende onderzoeksvraag rondom de organisatorische impact van HTSM. De student stelt een Onderzoeksplan op volgens de richtlijnen toegelicht in het vak Methoden van Onderzoek. De student voert de in het onderzoeksplan beschreven aanpak uit volgens een IST-SOLL-GAP-aanpak wat staat voor:
De student bundelt de informatie tot een helder en overzichtelijk verslag. De student presenteert volgens afgesproken planning kort en helder de voortgang van het project. Beoordeling is gericht op methodologische onderbouwing en kwaliteit van het onderbouwde advies of ontwerp.
| |
Minimaal oordeel | 5,5 | |
| ||
PLU: | Onderzoek, ontwerp & realisatie innovatie TB | |
De toetsen waarmee deze PLU wordt getoetst | 2 Management van transities | |
Weging | 25% | |
De leeruitkomst behorende tot deze PLU die in deze toets methode worden getoetst | De student stelt via een samenhangend overzicht op organisatorisch gebied én de dynamische wisselwerking tussen de interne organisatie en de externe omgeving een duidelijke diagnose van de organisatie waarin hij werkzaam is en geeft op basis van begrippen en theorie uit vakgebieden als organisatiepsychologie en management, onderbouwde ontwikkelmogelijkheden aan. De student ontwikkelt voor zichzelf en zijn/haar organisatieonderdeel een verander- en leertraject waarmee de student en het organisatieonderdeel antwoord kan geven op de steeds snellere – en diepgaande veranderingen waarmee het organisatieonderdeel geconfronteerd wordt. | |
Toetsvorm | Opdracht | |
Toetsmoment | Einde van de module | |
Indicatoren/ beoordelingscriteria
| Basisbegrippen uit de organisatiepsychologie en managementtheorie worden adequaat toegepast teneinde het veranderplan te onderbouwen. Benoemt organisatieverschijnselen met behulp van de bovengenoemde begrippen en modellen uit de organisatiepsychologie en managementtheorie. Analyse en beoordeling met behulp van de theoretische modellen en basisbegrippen uit de organisatiepsychologie en managementtheorie. Gebruikt, vanuit het uitgangspunt dat bedrijfssituaties vaak op méér dan een manier beschreven kunnen worden, diverse invalshoeken in de analyse en beoordeling. In een goed onderbouwd betoog zijn de volgende aspecten zichtbaar:
| |
Minimaal oordeel
| 5,5 | |
| ||
PLU: | Onderzoek, ontwerp & realisatie innovatie TB | |
De toetsen waarmee deze PLU wordt getoetst | 3.Methode van Onderzoek | |
Weging | 15% | |
De leeruitkomst behorende tot deze PLU die in deze toets methode worden getoetst | De student omschrijft op basis van de resultaten van een vooronderzoek én theoretische verdieping in het onderwerp, een probleem in de vorm van context, probleemstelling, doelstelling en eisenpakket en ontwerpt vanuit dit geheel hiervoor een onderzoeksplan waarin de voorgestelde aanpak onderbouwd wordt vanuit theoretische verdieping in het gekozen onderwerp van onderzoek. | |
Toetsvorm | Opdracht | |
Toetsmoment | Tijdens module | |
Indicatoren/ beoordelingscriteria
| Student stelt een onderzoeksplan op die voldoet aan de communicatierichtlijnen die geldend zijn in de opleiding. Het beoogde onderzoek wordt gefaseerd t.b.v. het formuleren van een advies bij een technisch probleem inzake een productinnovatie, productontwerp of gebruikssituatie van een product en is als zodanig geplaatst in een productontwikkelcyclus (zoals bijvoorbeeld het Delfts innovatiemodel). Het onderzoeksplan bevat een heldere en goed onderbouwde probleemidentificatie (TB) of oriëntatie (WTB/E) gebaseerd op een bij het gekozen onderwerp passend vooronderzoek en bijbehorende theoretische verdieping in het onderzoeksonderwerp en de te gebruiken methodologie. Het onderzoeksplan toont aan dat het onderzoek relevant is: het sluit aan bij de management problematiek (TB) of bij de gewenste productinnovatie (WTB/E). Het onderzoeksplan plaatst het onderzoek enerzijds in zijn context en bakent het anderzijds duidelijk af. Het onderzoeksplan weerspiegelt een onderzoekende open houding van waaruit gezocht wordt naar mogelijke oplossingen rekening houdend met de organisatorische en technische consequenties rondom een veranderingsvoorstel. Het onderzoeksplan toont aan dat er sprake is van een multidisciplinaire benadering. Het onderzoeksplan bevat een heldere vraag- en doelstelling, inclusief deelvragen. De uitwerking ervan is in overeenstemming met de probleemidentificatie (TB) of oriëntatie (WTB/E), de gebruikte theoretische concepten, het conceptuele model en bij WTB/E opdrachten ook een onderbouwd voorlopig programma van eisen. Het onderzoeksplan maakt voldoende aannemelijk dat de te realiseren onderzoeksresultaten betrouwbaar zullen zijn. | |
Minimaal oordeel
| 5,5 |
PLU: | Onderzoek, ontwerp & realisatie innovatie TB | |
De toetsen waarmee deze PLU wordt getoetst | 4. Verandermanagement 2 | |
Weging | 10% | |
De leeruitkomst behorende tot deze PLU die in deze toets methode worden getoetst | De student ontwikkelt voor zijn/haar organisatieonderdeel een eigen aanpak voor een verander- en leertraject waarmee het organisatieonderdeel antwoord kan geven op de steeds snellere– en diepgaande veranderingen waarmee het organisatieonderdeel geconfronteerd wordt. | |
Toetsvorm | Opdracht | |
Toetsmoment | Einde module | |
Indicatoren/ beoordelingscriteria
| Is er een verruimd beeld van de IST- en de SOLL-situatie?
| |
Minimaal oordeel
| 5,5 |
Inhoud
M6.2 High Tech Systems & Materials
Waar gaat de module over?
In de module ‘High Tech Systems & Materials’ (HTSM) wordt het thema Smart Industry uitgewerkt. Smart Industry past in de huidige wereld van snelle veranderingen. Zo zet de globalisering onverminderd door en dwingt de economische werkelijkheid bedrijven om competitief te blijven. Consumenten en afnemers verwachten steeds meer op maat gesneden oplossingen. Daarnaast maken technologische ontwikkelingen als internet, diepgaande veranderingen mogelijk.
De vergaande digitalisering van de industrie zorgt ervoor dat machines onderling met elkaar verbonden zijn en slim worden aangestuurd. Niet alleen binnen de fabriek, maar ook tussen bedrijven onderling en tussen bedrijven en klanten. Het draait om een combinatie van de inzet van productietechnologie, digitalisering en een netwerkaanpak. Nu al worden onderhoudsmonteurs aangestuurd door de te onderhouden machines in plaats van andersom.
Tenslotte blijkt dat de huidige veranderingen een brede impact hebben. De virtuele realiteit uit de game-industrie krijgt bijvoorbeeld steeds meer gevolgen voor productontwikkeling, onderwijs en de medische sector. Tot voor kort nog volledig andere sectoren.
Al deze veranderingen zorgen voor een maatschappij die steeds complexer wordt. Onze huidige manier van lineair denken past steeds minder in een dergelijke complexe omgeving. Daarom spreken we van een transitie. In uw werk krijgt u steeds vaker te maken met vraagstukken die we niet eerder bij de hand hebben gehad en waar geen standaard aanpak voor is. Dit vereist dat u als Engineer op de hoogte moet blijven van deze nieuwe technologische ontwikkelingen en die kunt vertalen in concrete oplossingen voor uw werk.
Het gaat dus niet alleen om het opdoen van kennis en vaardigheden (zoals Sterkteleer en Hydraulische aandrijvingen) maar ook om te kijken wat bovengenoemde ontwikkelingen betekenen voor de organisatie, het management en de medewerkers. Het inzetten en begeleiden van verandermanagement is een must om deze transitie goed door te komen. In de module gaat uzelf bekijken op welke manier nieuwe technologieën in uw eigen organisatie ingepast kunnen worden.
Wat kunt u aan het eind van deze module?
1. U buigt uzelf over de organisatorische impact van HTSM. Denk bijvoorbeeld aan de impact op onderhoudsmanagement, logistieke processen en de Technisch Bedrijfskundige organisatorische veranderingen noodzakelijk voor de implementatie van HTSM.
2. Onderzoek innovatie mogelijkheden. U onderzoekt en analyseert uw organisatie als organisatiekundig geheel en als dynamische wisselwerking tussen de interne organisatie en de externe omgeving op innovatiemogelijkheden en geeft onderbouwd advies t.a.v. innovatie en verandermogelijkheden.
3. Methodisch onderzoeken. Naar aanleiding van een Technisch Bedrijfskundig vraagstuk, omschrijft u op basis van de resultaten van een vooronderzoek én theoretische verdieping, een probleem in de vorm van context, probleemstelling, doelstelling en eisenpakket en ontwerpt vanuit dit geheel hiervoor een onderzoeksplan waarin de voorgestelde aanpak onderbouwd wordt vanuit theoretische verdieping in het gekozen onderwerp van onderzoek.
4. Uw inzicht in uw professionele vaardigheden is vergroot, dat wil zeggen dat u laat zien hoe u in uw werkomgeving de kennis, vaardigheden en methoden m.b.t. de onderwerpen van het gevolgde onderwijs toepast en reflecteert op uw ontwikkeling en handelen in de beroepspraktijk.
Opgenomen in opleiding(en)
School(s)
- Instituut voor Engineering