Vak: Fysiotherapeutische zorg 3: Anatomie & Vaardigheden credits: 5
- Vakcode
- FYVP23FZ3AV
- Naam
- Fysiotherapeutische zorg 3: Anatomie & Vaardigheden
- Studiejaar
- 2024-2025
- ECTS credits
- 5
- Taal
- Nederlands
- Coördinator
- H.A. Kranenburg
- Werkvormen
-
- Individueel
- Practicum / Training
- Zelfstudie
- Toetsen
-
- Anatomie 3 (in Vivo) - Vaardigheidstoets
- Onderzoek en behandelen 3 - Opdracht
Leeruitkomsten
Leeruitkomsten
1CD-FH. 5. De student kan zelfstandig binnen een onderwijssetting bij een medestudent een fysiotherapeutisch consult in het kader van DTF-screening uitvoeren.
1CD-FH. 13. De student kan, uitgaande van beschreven casuïstiek, zelfstandig binnen een onderwijssetting een anamnese afnemen.
1CD-FH. 90. De student kan, uitgaande van beschreven casuïstiek, zelfstandig een fysiotherapeutisch deelonderzoek uitvoeren ten behoeve van een cliënt met een enkelvoudig muskuloskeletaal probleem.
1CD-FH. 209. De student kan, uitgaande van beschreven casuïstiek, zelfstandig een fysiotherapeutische deelbehandeling uitvoeren bij een cliënt met een enkelvoudig muskuloskeletaal probleem.
2CD-C. 24. De student kan in het kader van geïndiceerde en/of zorggerelateerde preventie, onder supervisie van een fysiotherapeut, in voor de cliënten begrijpelijke taal en conform de regels van professionele communicatie, voorlichting geven aan cliënten en hun naasten en/of andere betrokkenen
2CD-C. 29. De student kan in het kader van geïndiceerde en/of zorggerelateerde preventie, onder supervisie van een fysiotherapeut, in voor de cliënten begrijpelijke taal en conform de regels van professionele communicatie, cliënten en hun naasten en/of andere betrokkenen mondeling informeren over gezondheid bevorderend gedrag en de eigen verantwoordelijkheid van de cliënten daarin.
INT 1CD-C 2: De student kan in een onderwijssituatie de informatie uit Engelstalige vakliteratuur interpreteren en uitleggen aan medestudenten.
Anatomie in vivo
1CD-FH. 90. De student kan, uitgaande van beschreven casuïstiek, zelfstandig een fysiotherapeutisch deelonderzoek uitvoeren ten behoeve van een cliënt met een enkelvoudig orthopedisch probleem.
2CD-FH. 106. De student kan zelfstandig, uitgaande van beschreven casuïstiek, een fysiotherapeutisch deelonderzoek uitvoeren ten behoeve van een cliënt met enkelvoudige problemen van de bloedvaten.
INT 1OD-E/M 1: De student verwoordt binnen de onderwijssituatie zijn eigen culturele identiteit en gebruikt deze in het contact met mensen uit een andere cultuur.
1CD-FH. 5. De student kan zelfstandig binnen een onderwijssetting bij een medestudent een fysiotherapeutisch consult in het kader van DTF-screening uitvoeren.
1CD-FH. 13. De student kan, uitgaande van beschreven casuïstiek, zelfstandig binnen een onderwijssetting een anamnese afnemen.
1CD-FH. 90. De student kan, uitgaande van beschreven casuïstiek, zelfstandig een fysiotherapeutisch deelonderzoek uitvoeren ten behoeve van een cliënt met een enkelvoudig muskuloskeletaal probleem.
1CD-FH. 209. De student kan, uitgaande van beschreven casuïstiek, zelfstandig een fysiotherapeutische deelbehandeling uitvoeren bij een cliënt met een enkelvoudig muskuloskeletaal probleem.
2CD-C. 24. De student kan in het kader van geïndiceerde en/of zorggerelateerde preventie, onder supervisie van een fysiotherapeut, in voor de cliënten begrijpelijke taal en conform de regels van professionele communicatie, voorlichting geven aan cliënten en hun naasten en/of andere betrokkenen
2CD-C. 29. De student kan in het kader van geïndiceerde en/of zorggerelateerde preventie, onder supervisie van een fysiotherapeut, in voor de cliënten begrijpelijke taal en conform de regels van professionele communicatie, cliënten en hun naasten en/of andere betrokkenen mondeling informeren over gezondheid bevorderend gedrag en de eigen verantwoordelijkheid van de cliënten daarin.
INT 1CD-C 2: De student kan in een onderwijssituatie de informatie uit Engelstalige vakliteratuur interpreteren en uitleggen aan medestudenten.
Anatomie in vivo
1CD-FH. 90. De student kan, uitgaande van beschreven casuïstiek, zelfstandig een fysiotherapeutisch deelonderzoek uitvoeren ten behoeve van een cliënt met een enkelvoudig orthopedisch probleem.
2CD-FH. 106. De student kan zelfstandig, uitgaande van beschreven casuïstiek, een fysiotherapeutisch deelonderzoek uitvoeren ten behoeve van een cliënt met enkelvoudige problemen van de bloedvaten.
INT 1OD-E/M 1: De student verwoordt binnen de onderwijssituatie zijn eigen culturele identiteit en gebruikt deze in het contact met mensen uit een andere cultuur.
Inhoud
FT-zorg 1.3 bestaat uit 2 cursussen van 5 EC die met elkaar vervlochten zijn. Cursus 1: MSK onderste extremiteit & lumbale wervelkolom en cursus 2: anatomie & vaardigheden.
Deze cursus betreft anatomie & vaardigheden en beslaat het voornamelijk praktische en toepassingsgerichte deel van FT-zorg 1.3.
In de dagelijkse praktijk van de fysiotherapie komen musculoskeletale aandoeningen van de onderste extremiteit en de lumbale wervelkolom veel voor. Denk aan klachten gerelateerd aan arthrosis deformans van de heup en/of knie en traumatisch letsel van de enkel of knie. Van de fysiotherapeut wordt verwacht dat hij in staat is om op een adequate wijze deze patiënten te screenen, onderzoeken en te behandelen. Tijdens deze cursus moet de student kunnen aantonen over voldoende medische, gedragswetenschappelijke en fysiotherapeutische kennis en vaardigheden te beschikken om patiënten met klachten van musculoskeletale aard fysiotherapeutisch te onderzoeken en te behandelen. Onderzoeks- en behandelvaardigheden worden gedurende de cursus formatief getoetst.
Anatomie in vivo is praktisch vormgegeven. Het omvat het benoemen, lokaliseren, palperen en intekenen van botstructuren, origo en insertie van spieren, spierbuiken, banden en pezen van de wervelkolom en onderste extremiteit. In deze cursus worden zowel de anatomische kennis als ook de vaardigheden die wij gebruiken als fysiotherapeut, aangeboden en getoetst. Voor elke student wordt het Anatomie onderwijs minimaal één periode aangeboden in de international classroom waarbij studenten uit het reguliere en 3-jarige programma samen les hebben met de internationale studenten. Deze cursus is een verdieping op Anatomie1 (in Vivo) en een verbreding op de Anatomie 2 en wordt in deze cursus praktisch getoetst.
Deze cursus betreft anatomie & vaardigheden en beslaat het voornamelijk praktische en toepassingsgerichte deel van FT-zorg 1.3.
In de dagelijkse praktijk van de fysiotherapie komen musculoskeletale aandoeningen van de onderste extremiteit en de lumbale wervelkolom veel voor. Denk aan klachten gerelateerd aan arthrosis deformans van de heup en/of knie en traumatisch letsel van de enkel of knie. Van de fysiotherapeut wordt verwacht dat hij in staat is om op een adequate wijze deze patiënten te screenen, onderzoeken en te behandelen. Tijdens deze cursus moet de student kunnen aantonen over voldoende medische, gedragswetenschappelijke en fysiotherapeutische kennis en vaardigheden te beschikken om patiënten met klachten van musculoskeletale aard fysiotherapeutisch te onderzoeken en te behandelen. Onderzoeks- en behandelvaardigheden worden gedurende de cursus formatief getoetst.
Anatomie in vivo is praktisch vormgegeven. Het omvat het benoemen, lokaliseren, palperen en intekenen van botstructuren, origo en insertie van spieren, spierbuiken, banden en pezen van de wervelkolom en onderste extremiteit. In deze cursus worden zowel de anatomische kennis als ook de vaardigheden die wij gebruiken als fysiotherapeut, aangeboden en getoetst. Voor elke student wordt het Anatomie onderwijs minimaal één periode aangeboden in de international classroom waarbij studenten uit het reguliere en 3-jarige programma samen les hebben met de internationale studenten. Deze cursus is een verdieping op Anatomie1 (in Vivo) en een verbreding op de Anatomie 2 en wordt in deze cursus praktisch getoetst.
Opgenomen in opleiding(en)
School(s)
- Academie voor Gezondheidsstudies