Vak: Fysiotherapeutische zorg 3: Musculoskeletaal Onderste extremiteit & Lumbale wervelkolom credits: 5

Vakcode
FYVP23FZ3MOE
Naam
Fysiotherapeutische zorg 3: Musculoskeletaal Onderste extremiteit & Lumbale wervelkolom
Studiejaar
2024-2025
ECTS credits
5
Taal
Nederlands
Coördinator
H.A. Kranenburg
Werkvormen
  • Hoorcollege
  • Werkvorm 1
Toetsen
  • Gespreksvaardigheden - Vaardigheidstoets
  • OE & LWK theorie - Computer, organisatie ToetsCentrum

Leeruitkomsten

Leeruitkomsten
1CD-FH. 1. De student kan aan een medestudent uitleggen welke essentiële vragen tijdens DTF-screening aan de cliënt gesteld moeten worden.
1CD-FH. 20. De student kan, uitgaande van beschreven casuïstiek, zelfstandig een fysiotherapeutisch onderzoeksplan opstellen ten behoeve van een cliënt met een enkelvoudig muskuloskeletaal probleem.
1CD-FH. 162. De student kan, uitgaande van beschreven casuïstiek, zelfstandig een fysiotherapeutisch behandelplan opstellen ten behoeve van een cliënt met een enkelvoudig muskuloskeletaal probleem.
1CD-FH. 257. De student kan, uitgaande van beschreven casuïstiek, zelfstandig een zorggerelateerd preventieplan opstellen ten behoeve van een cliënt met een enkelvoudig muskuloskeletaal probleem.
INT 1CD-FH 1: De student kan in samenspraak met een medestudent in een onderwijssituatie zijn fysiotherapeutisch handelen onderbouwen vanuit Engelstalige vakliteratuur.
INT 1CD-FH 2: De student beschrijft, binnen de onderwijssituatie in een behandel- c.q. preventieplan, hoe de culturele achtergrond en het wereldbeeld het gedrag van een patient kan verklaren.

Inhoud

FT-zorg 3 bestaat uit 2 cursussen van 5 EC, die met elkaar vervlochten zijn. Cursus 1: MSK onderste extremiteit & lumbale wervelkolom en cursus 2: anatomie & vaardigheden.
Deze cursus betreft MSK onderste extremiteit & lumbale wervelkolom en beslaat het voornamelijk theoretische deel van FT-zorg 3.

In de dagelijkse praktijk van de fysiotherapie komen musculoskeletale aandoeningen van de onderste extremiteit en de lumbale wervelkolom veel voor. Denk aan klachten gerelateerd aan arthrosis deformans van de heup en/of knie en traumatisch letsel van de enkel of knie. Van de fysiotherapeut wordt verwacht dat hij in staat is om op een adequate wijze deze patiënten te screenen onderzoeken en te behandelen. Tijdens deze cursus moet de student kunnen aantonen over voldoende anatomische (waaronder anatomie in vivo), medisch-biologische, gedragswetenschappelijke en fysiotherapeutische kennis te beschikken. Deze kennis moet kunnen worden toegepast bij patiënten met musculoskeletale gezondheidsproblemen van de onderste extremiteit en de lumbale wervelkolom. Klinisch redeneren is daarbij noodzakelijk om op een vaardige wijze fysiotherapeutisch te kunnen onderzoeken en behandelen. Studenten werken tijdens deze cursus aan een beroepsproduct waarbij zij de opgedane kennis toepassen. Tevens wordt de theoretische achtergrond getoetst met een schriftelijke theorietoets.

Opgenomen in opleiding(en)

School(s)

  • Academie voor Gezondheidsstudies