Vak: Sportpraktijk 3 - Sporteducatiemodel credits: 5

Vakcode
HLVH22SP3
Naam
Sportpraktijk 3 - Sporteducatiemodel
Studiejaar
2024-2025
ECTS credits
5
Taal
Nederlands
Coördinator
M.N. Baalmans
Werkvormen
  • Opdracht
  • Practicum / Training
Toetsen
  • Sportpraktijk 3 - Vaardigheidstoets

Leeruitkomsten

Deze code draagt bij aan het realiseren van onderstaande leeruitkomsten:

Leeruitkomst: vakinhoudelijke bekwaamheid (hoofdfase niveau):
De sportleraar plant, realiseert, verantwoordt en evalueert vanuit een gegeven kader, een ontwikkelingsgerichte leeromgeving in bewegingssituaties. Dit doet hij op basis van een aangeleerd kader dat gaat over de visie op het vak en over inzichten en ontwikkelingen op het gebied van bewegen en sport.

Leeruitkomst: vakdidactische bekwaamheid (hoofdfase niveau):
De sportleraar realiseert onder begeleiding beweegprogramma’s passend bij het leerplan van de vaksectie en het onderwijskundig beleid van de school.

Inhoud

Sportpraktijk 3 staat in het teken van meervoudige deelnamebekwaamheid. Tijdens de lessen werken studenten toe naar een sportvoorstelling, -presentatie of -toernooi, waarbij ze diverse vervullen: beoordelaar, scheidsrechter, ontwerper, coach en/of beweger.

De lessen en begeleiding zijn met name gericht op de vakinhoudelijke bekwaamheid (kennis van de sport, methodiek, eigen vaardigheid, meervoudig deelname bekwaam) en didactische bekwaamheid (hoe bied je het vak aan).
Hierbij wordt daar waar mogelijk de koppeling gemaakt met de BOK-inhouden en thema’s die in de challenge aan bod komen.

Bij sportpraktijk 3 komen de volgende activiteiten aan bod:
  • Atletiek: studenten verbeteren elkaars eigen vaardigheid, op basis van een analyse worden onderbouwde interventies gedaan en worden de motorische vaardigheden beoordeeld. 
  • B&M, turnen en vechtspelen (kata): studenten doorlopen een creatief maakproces resulterend in een voorstelling waarin de ontwikkelde vaardigheden van de 3 domeinen worden gedemonstreerd.
  • Spel: op basis van sporteducatiemodel werken studenten toe naar een toernooi, waarin zij enscreningsrollen vervullen.  
 
Toetsing
De afsluitende voorstelling (turnen, B&M en vechtspelen) vindt plaats in een van de laatste weken voor de kerstvakantie (eerste kans). Kans 2 vindt plaats in semester 4, waarbij aangesloten bij het toetsmoment van ALO-PABO.
Atletiek wordt in de laatste les(sen) afgerond. Kans 2 vindt eind semester 4 plaats.
De motorische vaardigheden van spel worden voornamelijk tijdens de reguliere lessen getoetst. Aan het einde van het semester tonen studenten ensceneringsrollen tijdens het toernooi. Kans 2 vindt eind semester 4 plaats.

De beoordelingscriteria zijn te vinden op BlackBoard.

Tijdens een docentenvergadering bepaald of de student – over alle domeinen bekeken – voldoende heeft geparticipeerd (= voorwaardelijk) en voldoende sportvaardig en methodisch-didactisch vaardig is. Het uitgangspunt is dat hij alle domeinen voldoende moet hebben afgerond. Hier kan van worden afweken wanneer er tijdens de docentenvergadering anders wordt besloten.
Onder actieve participatie wordt verstaan dat van studenten wordt verwacht dat zij zich actief inzetten door aanwezig te zijn en actief deel te nemen aan geplande activiteiten. Een essentieel uitgangspunt is de volledige aanwezigheid van studenten bij alle lessen en activiteiten, waarbij zowel docenten als medestudenten rekenen op actieve betrokkenheid bij de diverse onderwijsvormen. De actieve participatie wordt beschouwd als een cruciaal aspect van de studie en voorbereiding op het werkveld in de onderwijs- en sportsector. 
 

Opgenomen in opleiding(en)

School(s)

  • Instituut voor Sportstudies