Vak: Werkplekleren credits: 30

Vakcode
TPDB23WPL
Naam
Werkplekleren
Studiejaar
2024-2025
ECTS credits
30
Taal
Nederlands
Coördinator
A.T. Sinnema
Werkvormen
  • Stage, werk
Toetsen
  • Portfolio - Portfolio assessment

Leeruitkomsten

Professioneel werken:
1.     Helder denken
De toegepast psycholoog formuleert de inhoud van een beroepsproduct eenduidig en consistent. De uitwerking en onderbouwing van het beroepsproduct moet voorzien zijn van logische argumentatie. Het taalgebruik is eenduidig en efficiënt.

2.     Kritisch brongebruik
De toegepast psycholoog schat beschikbare informatie, wetenschap en specifieke theorieën op hun waarde en kan hypes van evidence-based methoden onderscheiden. Hij is in staat kennis uit verschillende bronnen methodisch te ontsluiten en toe te passen.

3.     Ondernemende houding
De toegepast psycholoog schat op proactieve, zelfverzekerde en resultaatgerichte wijze in waar zijn professionele deskundigheid als toegepast psycholoog van meerwaarde kan zijn voor gedragsvraagstukken vanuit het werkveld. Hij presenteert zichzelf op de beroepscompetenties van een toegepast psycholoog, ziet waar er behoefte is aan (gedrags)verandering in de markt of binnen de organisatie, vertaalt dit naar professionele producten en overtuigt betrokkenen van de meerwaarde van het product.

4.     Gericht op samenwerking
De toegepast psycholoog werkt constructief en respectvol samen met professionals van verschillende disciplines en verschillende niveaus. Hij kent zijn waarde als toegepast psycholoog in relatie tot andere professies. Hij is in staat zijn specifieke competenties op een effectieve manier in te brengen in samenwerkingsverbanden van verschillende aard.
 
5.     Reflectief vermogen

De toegepast psycholoog reflecteert op zijn beroepsmatig handelen en relateert dit aan professionele waarden en normen en aan zijn visie op het beroep. Hij herkent en analyseert in een gegeven situatie verschillende belangen en motieven en handelt met respect voor ieders achtergrond, normen, waarden en kenmerken.  Reflectie op het eigen handelen vormt de basis van een continu leerproces waarmee de toegepast psycholoog zijn eigen beroepsmatig handelen steeds verder ontwikkelt.

6.     Ethische afweging en verantwoording
De toegepast psycholoog handelt volgens algemeen geldende normen en waarden en volgens beroepsspecifieke ethische codes, reglementen en gedragsregels. Hij herkent ethische dilemma’s en komt in een gegeven situatie (veelal in samenspraak met anderen) tot professionele oplossingen daarvoor. De toegepast psycholoog maakt zijn ethische afwegingen duidelijk en verantwoordt ze.  

Inhoud

Inleiding:
In de module Werkplekleren (Module 8) laat je zien dat je in jouw eigen relevante werkomgeving zelfstandig en op eindniveau (niveau C; zie OER voor de omschrijving van de niveaus) kunt functioneren als Toegepast Psycholoog op de competentie Professioneel Werken. De kaders van de werkzaamheden zijn daarbij altijd één van de of beide specifieke beroepscompetentie(s) van toegepaste psychologie, beïnvloeden van gedrag en/of beoordelen van gedrag en/of de generieke beroepscompetentie praktijkgericht onderzoek naar gedrag. 
Jouw werkplekleren moet zich dus afspelen binnen de context van het werkterrein van de toegepast psycholoog en er moet een duidelijke link zijn met de specifieke beroepscompetenties van een toegepast psycholoog. Jouw werkomgeving en werkzaamheden moeten voldoende mogelijkheden bieden om aan te kunnen tonen dat jij functioneert op het niveau van een beginnend beroepsbeoefenaar. Het kan dus zijn dat je een werkomgeving moet creëren binnen of misschien ook buiten je eigen organisatie om dit mogelijk te maken. 

Twee routes:
Module 8 omvat net als de andere modules 30 EC. Je kunt ervoor kiezen deze module in z’n geheel te volgen, dus voor 30 EC, als een 'stage' in je relevante werkomgeving. Of je verdeelt de module in 6 deelmodules van 5 EC, waarbij je telkens een deelmodule ‘werkplekleren’ volgt naast module 1 t/m 6. De 6 deelcompetenties van Professioneel Werken vormen dan de 6 deelmodules. Voor een deel ligt de volgorde van de deelmodules vast en voor een deel kun je de volgorde zelf bepalen. In de modules 1 tot en met 6 werk je steeds op een hoger niveau aan de deelcompetenties. Hierop is de volgorde gebasseerd.

Hieronder zie je vanaf wanneer je een deelcompetentie kunt volgen:
Gericht op samenwerking (deze kun je vanaf jouw 1e module volgen)
Reflectief vermogen (deze kun je volgen als je module 1 hebt afgerond)
Ethische afweging en verantwoording (deze kun je volgen als je module 1 hebt afgerond)
Ondernemende houding (deze kun je volgen als je module 3 of 4 hebt afgerond)
Kritisch brongebruik (deze kun je vanaf module 5 volgen)
Helder denken (deze kun je vanaf module 5 volgen)

NB: het is in bepaalde gevallen mogelijk om van deze volgorde af te wijken, bijvoorbeeld als je in je relevante werkomgeving al kunt aantonen dat je op eindniveau functioneert. Dit gaat altijd in overleg met de module coördinatoren.

Wat ga je doen?
Wanneer je start aan de module werkplekleren schrijf je een Plan van Aanpak. In het plan van aanpak leg je vast waar het werkplekleren plaats gaat vinden (je relevante werkomgeving) en hoe je de verschillende onderdelen van professioneel werken gaat aantonen op niveau C (eindniveau). Tevens geef je in je plan van aanpak aan welke mogelijke bewijsstukken dat oplevert. Bewijsstukken zijn producten of documenten die je op basis van je werkzaamheden in je relevante werkomgeving oplevert of maakt en waarin je duidelijk laat zien hoe je op niveau C aan de (deel)competentie van ‘professioneel werken’ hebt gewerkt. Het gaat hier dus om producten die bij je werkzaamheden horen. Je plan van aanpak is een belangrijke leidraad gedurende de tijd waarin je aan de (deel)competentie werkt. Werk je plan dus zorgvuldig en haalbaar uit.
Wanneer je de module opknipt in deelmodules naast module 1 t/m 6, dan schrijf je bij aanvang van elke deelmodule een plan van aanpak voor de betreffende competentie van ‘professioneel werken’ of je breidt het eerdere plan van aanpak uit met de volgende deelcompetentie. 
Als je plan van aanpak goedgekeurd is kun je beginnen met het vullen van je portfolio met bewijsstukken.

Beoordeling:
Werkplekleren wordt getoetst middels een portfolio-assessmentgesprek. In dit gesprek wordt jouw beheersing op de competentie professioneel werken op eindniveau beoordeeld. Na het inleveren van het portfolio wordt je portfolio gescreend op volledigheid. Als je portfolio niet volledig is wordt je gevraagd om aan te vullen. Bij een volledig portfolio beoordeelt de beoordelaar in hoeverre de leeruitkomsten, zoals geformuleerd op het beoordelingsformulier, met het portfolio worden aangetoond. Het portfolio-assessmentgesprek is bedoeld om de beoordelaar van aanvullende informatie te voorzien met de nadruk op de (onderdelen (van) de leeruitkomsten die nog niet voldoende in het portfolio aangetoond zijn.
Kies je ervoor om werkplekleren op te knippen in verschillende deelmodules dan vindt er na afronding van de deelmodule een feedbackgesprek plaats. In dat feedbackgesprek wordt nog geen eindbeoordeling gegeven maar krijg je feedback waar je op dat moment staat op de betreffende deelcompetentie. Per deelcompetentie kan je één keer gerichte feedback en een feedbackgesprek aanvragen. Deze feedback kun je dan nog verwerken voordat je het eindgesprek in gaat. Als je alle deelcompetenties hebt afgerond vindt het portfolio-assessmentgesprek plaats en krijg je een eindbeoordeling op professioneel werken.

 

Opgenomen in opleiding(en)

School(s)

  • Academie voor Sociale Studies