Vak: Project Concepting ID credits: 5

A1. De CMD’er leeft zich in de probleemcontext in en kan deze beschrijven en inkaderen.
(Level 1): De CMD’er beschrijft een eenvoudige probleemcontext.

A2. De CMD’er stelt de gebruiker voortdurend centraal door gegevens over de wensen en behoeften van gebruikers en stakeholders te verzamelen en analyseren.
(Niveau 1): De CMD’er verzamelt en interpreteert wensen en behoeften van gebruikers en stakeholders in een bekende context.

B1. De CMD’er is in staat om creatieve ideeën te genereren aan de hand van de probleemcontext, wensen en behoeften van de gebruiker en opdrachtgever (ontwerpvoorwaarden) en deze kritisch te beschouwen en af te wegen.
(Niveau 1): De CMD’er genereert eenvoudige ideeën en legt uit hoe deze gerelateerd zijn aan de probleemcontext, wensen en behoeften van de gebruiker en opdrachtgever.

C2. De CMD’er past zijn kennis van mens-machine-interactie toe in het prototype.
(Niveau 1): De CMD’er beschrijft hoe de kennis over mens-machine-interactie is verwerkt in het prototype.

C3. De CMD’er gebruikt (multi)mediatechnologie ten behoeven van vormgeving.
(Niveau 1): De CMD’er gebruikt onder begeleiding eenvoudige (multi)mediatechnologie ten behoeven van vormgeving.

E1. De CMD’er acteert en presteert binnen een teamverband en maakt daarbij gebruik van diversiteit binnen een team.
(Niveau 1): De CMD’er acteert en presteert binnen een teamverband en werkt samen met andere disciplines en herkent de meerwaarde ervan.

E2. De CMD’er heeft een beroepshouding die getuigt van respect voor anderen (ethisch besef en interculturele vaardigheden).
(Niveau 1): De CMD’er reflecteert op zijn beroepshouding t.o.v. anderen, zijn ethisch besef en interculturele vaardigheden.