Vak: Personen- en Familierecht credits: 3
- Vakcode
- SJDH1PFR1
- Naam
- Personen- en Familierecht
- Studiejaar
- 2020-2021
- ECTS credits
- 3
- Taal
- Nederlands
- Coördinator
- R.C. van der Werff
- Werkvormen
-
- Werkcollege
- Toetsen
-
- Personen- en Familierecht - Computer, organisatie tentamenbureau
Leeruitkomsten
Competentie Analyseren
Leeruitkomsten niveau 2 Jaar 2
De student analyseert onder begeleiding in een afgebakende complexe situatie sociaaljuridische
vraagstukken rekening houdend met de omgeving en met gebruikmaking van meerdere juridische en
niet-juridische bronnen. Hij plaatst daarbij de informatie in een sociale, maatschappelijke, culturele en
persoonlijke context en gaat na wat de beïnvloedbare factoren zijn:
1. De student brengt van een afgebakende complexe sociaaljuridische praktijksituatie en/of een
open probleemstelling de feiten in kaart, maakt daarbij een ordening op sociaaljuridische
relevantie, formuleert van daaruit de (rechts)vragen, kan deze schriftelijk en/of mondeling
beantwoorden en verantwoorden en plaatst de feiten waar nodig in een sociale,
maatschappelijke, culturele en/of persoonlijke context;
2. De student werkt op methodisch verantwoorde wijze met gebruikmaking van een plan van
aanpak houdt daarbij rekening met eenvoudige theoretische inzichten, enige resultaten van
bestaand onderzoek en relevante wet- en regelgeving en jurisprudentie;
3. De student komt op basis van bovenstaande tot schriftelijke en/of mondelinge aanbevelingen;
4. De student motiveert gemaakte keuzes in rechtsvragen, bronnen, plan van aanpak en
aanbevelingen;
5. De student verwerkt bronnen in eigen tekst en brengt hierin verbanden aan.
Leeruitkomsten niveau 2 Jaar 2
De student analyseert onder begeleiding in een afgebakende complexe situatie sociaaljuridische
vraagstukken rekening houdend met de omgeving en met gebruikmaking van meerdere juridische en
niet-juridische bronnen. Hij plaatst daarbij de informatie in een sociale, maatschappelijke, culturele en
persoonlijke context en gaat na wat de beïnvloedbare factoren zijn:
1. De student brengt van een afgebakende complexe sociaaljuridische praktijksituatie en/of een
open probleemstelling de feiten in kaart, maakt daarbij een ordening op sociaaljuridische
relevantie, formuleert van daaruit de (rechts)vragen, kan deze schriftelijk en/of mondeling
beantwoorden en verantwoorden en plaatst de feiten waar nodig in een sociale,
maatschappelijke, culturele en/of persoonlijke context;
2. De student werkt op methodisch verantwoorde wijze met gebruikmaking van een plan van
aanpak houdt daarbij rekening met eenvoudige theoretische inzichten, enige resultaten van
bestaand onderzoek en relevante wet- en regelgeving en jurisprudentie;
3. De student komt op basis van bovenstaande tot schriftelijke en/of mondelinge aanbevelingen;
4. De student motiveert gemaakte keuzes in rechtsvragen, bronnen, plan van aanpak en
aanbevelingen;
5. De student verwerkt bronnen in eigen tekst en brengt hierin verbanden aan.
Inhoud
Inhoud:
Het studieonderdeel is een algemene inleiding in het Personen- en familierecht en het erfrecht, boek 1 en 4 van het BW. In de verplichte literatuur wordt een persoon, Herman Hazewinkel vanaf zijn geboorte tot zijn dood gevolgd. In zijn leven passeren verschillende, juridisch belangrijke momenten de revue. Aan de hand van het leven van Herman gaan we per week door de stof, dit begint in week 1 met zijn geboorte en eindigt in week 7 met het erfrecht. In de tussenliggende weken komen de onderdelen samenleven, huwelijk, geregistreerd partnerschap en echtscheiding aan de orde, alsmede de onderwerpen huwelijkse voorwaarden, adoptie, curatele, bewind en mentorschap.
Opgenomen in opleiding(en)
School(s)
- Instituut voor Rechtenstudies