Vak: Keep on Moving theorie credits: 4

Preventie speelt in de hedendaagse maatschappij in toenemende mate een rol van betekenis. Dit geldt voor de preventie in het kader van ADL, werk en sport. Van fysiotherapeuten wordt verwacht dat zij als professional in staat zijn om voor cliënten trainingsprogramma's te ontwerpen ter verbetering van kracht en uithoudingsvermogen en de cliënten te begeleiden tijdens de uitvoering van deze programma's. In de dagelijkse praktijk van de fysiotherapie is het opstellen van een beargumenteerd trainingsprogramma een regelmatig optredende activiteit. Om een trainingsprogramma te kunnen opstellen en evalueren heb je basiskennis nodig uit de (inspannings)fysiologie, anatomie en trainingsleer. Hiertoe werkt de student per week een eenvoudige casus uit betreffende gezonde personen en personen die aan een aantal gezondheidsrisico's zijn blootgesteld.  De studietaken hebben betrekking op osteologie, syndesmologie, myologie, kinesiologie, (inspannings)fysiologie, trainingsleer, testen, meten en trainen en het geven van informatie, gezondheidsvoorlichting, instructie en feedback. De basis anatomie en fysiologie met betrekking tot hart en long en bijbehorende metingen komen aan de orde. Ook komt de gedragsmatige kant van gezondheid en bewegen aan bod. Let op: Deze casuïstiek is een middel om de leerstof onder de knie te krijgen, maar is niet dekkend voor alle leerstof die aan het einde van het onderwijsprogramma wordt getoetst. Zelfstudie met name vanuit de verplichte literatuur is strikt noodzakelijk.