Vak: Beroepsorientatie 2 credits: 2

1.1 Klinisch redeneren
De student kan continu procesmatig gegevens verzamelen en analyseren gericht op het vaststellen van vragen en problemen van de zorgvrager en kiest daarbij passende zorgresultaten en interventies.
1.1.4 kent de theoretische modellen over (gevalideerde) zorgverlening achter haar activiteiten en interventies.
 Specifiek voor deze periode:
De student beschrijft in eigen woorden vijf beroepsrollen (zorgverlener, communicator, gezondheidsbevorderaar, organisator en reflectieve EBP-professional) en de daarbij behorende taken van de HBO-verpleegkundige in de praktijk.
1.1.10 kan op basis van de verzamelde informatie de verschillende zorgvragen, zorgresultaten en interventies vaststellen.
Specifiek voor deze periode:
De student beschrijft een in de praktijk veel voorkomende verpleegkundige risicodiagnose van een patiënt.
De student beschrijft twee interventies die worden uitgevoerd in het kader van preventie gekoppeld aan een verpleegkundige risicodiagnose.
1.1.11 kan het verloop monitoren en de resultaten evalueren bij zorgproblemen in de vier gebieden van het menselijk functioneren.
Specifiek voor deze periode:
De student beschrijft voorbeelden uit de beroepspraktijk waarin de verpleegkundige zich bezighoudt met primaire, secundaire en/of tertiaire preventie.
 
2.2 Inzet informatie- en communicatietechnologie (ICT)
De student kan de nieuwste informatie- en communicatietechnologieën toepassen en kan zorg op afstand (e-health) bieden als aanvulling op het persoonlijk contact met de zorgvrager.
2.2.1 kent de nieuwste toepassingen van ICT gericht op het verbeteren en ondersteunen van communicatie in de zorg.
2.2.2 kent de nieuwste informatie- en communicatietechnologieën om de zorg te organiseren en uit te voeren.
Specifiek voor deze periode:
De student herkent in de praktijk ICT toepassingen die gericht zijn op het verbeteren en ondersteunen van de communicatie in de zorg of die in de beroepspraktijk gebruikt worden om de zorg te organiseren en uit te voeren.
 
Specifiek voor deze periode:
Schrijven
Student schrijft een verslag dat voldoet qua vorm en Nederlandse taal aan de eisen van “Doorlopende leerlijn Nederlandse taalvaardigheid. Domein: schrijven”.