Vak: De (sport)leraar toont onderzoekend vermogen in de beroepspraktijk. credits: 10

Vakcode
ALVH24OND
Naam
De (sport)leraar toont onderzoekend vermogen in de beroepspraktijk.
Studiejaar
2024-2025
ECTS credits
10
Taal
Nederlands
Coördinator
K.M.T. Kleefsman
Werkvormen
  • Afstudeeropdracht
  • Afstudeeropdracht internationaal
  • Hoorcollege
  • Individueel
  • Intervisie
  • Opdracht
  • Probleem gestuurd onderwijs
  • Stage, werk
  • Werkcollege
Toetsen
  • Onderzoekend vermogen - Presentatie

Leeruitkomsten

Bij onderzoekend vermogen toont de studenten LOL4 op eindniveau aan:

De onderwijsprofessional signaleert vanuit een nieuwsgierige en onderzoekende houding vraagstukken en uitdagingen in de eigen onderwijspraktijk. Daarbij bestudeert de onderwijsprofessional kritisch wat anderen al hebben ontdekt en voert indien nodig onderzoek uit. De onderwijsprofessional gaat hierbij systematisch en op een navolgbare wijze met een passende mate van grondigheid aan de slag met een specifiek vraagstuk uit de eigen onderwijspraktijk. De onderwijsprofessional deelt de behaalde resultaten van het onderzoek met belanghebbenden en verantwoordt de waarde van het onderzoek voor zowel belanghebbenden als het eigen handelen.
   
 
Bij het behalen van de leerdoelen werk je aan de LOL’s van de opleiding op (weghalen wat niet van toepassing is) propedeuse/hoofdfase/eindniveau:  
 
□ LOL1 Pedagogische handelen  
 
□ LOL2 (Vak)didactisch handelen  
 
□ LOL3 (Vak)inhoudelijke expertise  
 
x LOL4 Onderzoekend handelen  
 
□ LOL5 Professionele identiteit  
 
 

Inhoud

De student werkt aan het realiseren van impact in de beroepspraktijk, door het opzetten, uitvoeren en evalueren van een praktijkgericht onderzoek. Het onderwerp van onderzoek wordt bepaald op basis van een grondige praktijkanalyse. De student volgt een aantal startcolleges om meer richting te kunnen geven aan het eigen onderzoek. Daarna vervolgt de begeleiding in een onderzoeksgroep bestaande uit ongeveer 4 studenten met een afstudeerbegeleider. De student werkt aan een onderzoeksplan (inleiding en methode) waarin het probleem of de kans verder verkend wordt aan de hand van gesprekken/ observaties/ testen in de praktijk en vanuit de theorie. Vanuit deze verkenning volgen onderbouwde ontwerpeisen als basis voor een interventie en praktijkonderzoeksvragen.

Na het behalen van goedkeuring op het plan voert de student het onderzoek in de praktijk uit. De student legt het ontwerp voor en/of voert het ontwerp (deels) uit. Hij evalueert het ontwerp door data te verzamelen, zoals voorgesteld in het plan. De opgehaalde data worden geanalyseerd om vervolgens de onderzoeksvragen te kunnen beantwoorden. De student kiest zelf een passende manier om over zijn resultaten te rapporten (te denken valt aan een poster, video, verslag) en pitch de resultaten tijdens een presentatiemarkt om de kennis met het werkveld te delen. Als laatste stap volgt een criterium gericht interview.

Vaardigheden waaraan gewerkt wordt zijn:
  • Praktijkprobleem signaleren, vanuit verschillende perspectieven bekijken, context meenemen, aard en omvang scherp krijgen;
  • Praktijkprobleem koppelen aan theorie: leren zoeken van internationale literatuur en het noteren van literatuurverwijzingen (APA); 
  • Ontwerpeisen opstellen vanuit o.a. literatuur;
  • Onderzoeksdoel en onderzoeksvraag beschrijven;
  • Ontwerp bepalen en uitwerken (in samenspraak met stakeholder);
  • Kiezen en verantwoorden dataverzamelingsmethode ;
  • Ontwerp (deels) uitvoeren en dataverzameling;
  • Dataverwerking en –analyse (rapportage van onderzoekgegevens)
  • Presenteren
  • Verantwoorden van eigen onderzoek en de resultaten in gesprek.

Voor de actuele literatuur wordt verwezen naar de afstudeerhandleiding.
Ten minste: Van der Donk, C. & Van Lanen, B. (2019). Praktijkonderzoek in de school. Bussum: Coutinho. ISBN: 9789046907320.
 

School(s)

  • Instituut voor Sportstudies