Vak: De sportleraar toont vakmanschap in de beroepspraktijk credits: 30

Vakcode
ALVH24VAK
Naam
De sportleraar toont vakmanschap in de beroepspraktijk
Studiejaar
2024-2025
ECTS credits
30
Taal
Nederlands
Coördinator
M.N. Baalmans
Werkvormen
  • Afstudeeropdracht
  • Individueel
  • Intervisie
  • Opdracht
  • Practicum / Training
  • Stage internationaal
  • Stage, werk
  • Werkcollege
Toetsen
  • Vakmanschap in de beroepspraktijk - Overige toetsing

Leeruitkomsten

\Bij het behalen van de leerdoelen werk je voor vakmanschap ALO aan de volgende LOL’s van de opleiding op eindniveau:
 
LOL1 Pedagogische handelen
De onderwijsprofessional creëert een veilige, stimulerende, talentkrachtige en ontwikkelingsgerichte leeromgeving waarin lerenden zich in de volle breedte ontwikkelen, waarbij de onderwijsprofessional rekening houdt met diversiteit. Tevens draagt de onderwijsprofessional actief bij aan burgerschapsvorming en de ontwikkeling tot zelfstandige en verantwoordelijke volwassenen. Daarnaast signaleert de onderwijsprofessional onderwijs-en ontwikkelingsbehoeften en vertaalt deze in onderbouwde interventies, gebaseerd op relevante theoretische kennis en praktische ervaring.

LOL2 (Vak)didactisch handelen
De onderwijsprofessional ontwerpt, bereidt voor, voert uit, evalueert en verantwoordt zelfstandig, in afstemming met collega’s, samenhangende onderwijsactiviteiten, doorgaande lijnen en leertrajecten. Hierbij relateert de onderwijsprofessional vakspecifieke leerinhouden van het vakgebied en verschillende (vak)didactische werkwijzen en middelen aan de leerdoelen, het niveau en de kenmerken van de lerenden om optimale leerresultaten te behalen en te toetsen. Hiervoor selecteert de onderwijsprofessional passende activerende werkvormen die aansluiten bij de talenten en behoeften van de lerenden. Met aandacht voor de voortgang van de ontwikkeling van de lerenden stelt de onderwijsprofessional het onderwijs cyclisch bij. Dit doet de onderwijsprofessional op basis van zelf verzamelde gegevens en eigen analyses. Samen met collega's draagt de onderwijsprofessional bij aan (vak)didactische innovaties binnen de school.

□ LOL3 (Vak)inhoudelijke expertise
De onderwijsprofessional beschikt over een grondige kennis van de leerstof zoals vastgesteld in de landelijke kennisbasis voor de ALO. Hierdoor kan de onderwijsprofessional de opbouw van het onderwijs en de doorlopende leerlijnen overzien en deze effectief toepassen in de onderwijspraktijk. De onderwijsprofessional is in staat om lesinhoud en lesmateriaal zorgvuldig te selecteren, aan te passen of te ontwikkelen, zodat het aansluit bij de behoeften en mogelijkheden van de lerenden. Daarnaast legt de onderwijsprofessional vanuit zijn vakdeskundigheid verbanden tussen de lesstof en het dagelijks leven van de lerenden, waardoor hij bijdraagt aan hun algemene ontwikkeling. Tevens kan de onderwijsprofessional keuzes maken en deze op basis van een onderwijsvisie en actuele wetenschappelijke inzichten verantwoorden. De onderwijsprofessional zorgt ervoor dat de kennis en vaardigheden als onderwijsprofessional altijd up-to-date zijn.

□ Leerdoel binnen LOL4 Onderzoekend handelen:
De onderwijsprofessional signaleert vanuit een nieuwsgierige en onderzoekende houding vraagstukken en uitdagingen in de eigen onderwijspraktijk. Daarbij bestudeert de onderwijsprofessional kritisch wat anderen al hebben ontdekt en voert indien nodig onderzoek uit.

□ LOL5 Professionele identiteit
De onderwijsprofessional reflecteert kritisch en ontwikkelt zich voortdurend op eigen professionele handelen en kwaliteit. Door middel van reflectie en interactie met collega’s en de omgeving schetst de professional nieuwe ontwikkelstappen binnen het persoonlijk ontwikkelperspectief. In dit proces expliciteert de onderwijsprofessional zijn of haar professionele identiteit door de eigen visie op onderwijs te onderzoeken, waarbij onderliggende overtuigingen, waarden en normen naar voren komen. Deze worden gespiegeld aan die van anderen aan de hand van dilemma’s uit de onderwijspraktijk. De onderwijsprofessional neemt verantwoordelijkheid binnen de professionele ruimte en onderbouwt keuzes met een doordachte visie op onderwijs, met aandacht voor zowel de regionale als (inter)nationale context. Hierbij communiceert en werkt de onderwijsprofessional effectief samen met lerenden, collega’s, ouders/verzorgers en andere betrokkenen. Bovendien handelt de onderwijsprofessional volgens morele en beroepsethische normen.

Inhoud

In semester 7 is de student drie dagen per week actief in de praktijk, waarbij twee dagen worden besteed aan praktijkervaring in de zaal voor het ontwikkelen van vakmanschap als onderdeel van het afstudeertraject van de ALO, en één dag aan klas gerelateerde activiteiten voor de onderwijsmodule WPL7. In semester 8 wordt de stage in de klas (WPL7) stopgezet, waarbij deze dag wordt vervangen door een focus op onderzoekend vermogen. Indien mogelijk wordt deze dag tevens ingevuld met extra praktijkervaring in de zaal ter afronding van het ALO-diploma.
            Om het vakmanschap aan te tonen toont de student zich bekwaam op de volgende gebieden; pedagogisch handelen, (vak)didactisch handelen, (vak)inhoudelijk expertise, onderzoekend handelen (leerdoel) en professionele identiteit. Organiseren van sportdagen en evenementen maakt expliciet deel uit van het vakmanschap. Op deze wijze kan de student zijn ondernemende kwaliteiten tonen.
            De (sport)leraar is pedagogisch bekwaam als hij op een ontwikkelingsgerichte wijze een sociaal-emotioneel veilig, ondersteunend, stimulerend en daarmee motiverend leerklimaat voor zijn leerlingen realiseert. Hij volgt de ontwikkeling van zijn leerlingen en stemt daarop zijn handelen af. Hij draagt bij aan de sociaal-emotionele, morele en cognitieve ontwikkeling van zijn leerlingen.
            Wanneer een (sport)leraar vakinhoudelijk bekwaam is, dan kan hij op verschillende niveaus (leiding, docent, leerling) beargumenteren wat hij doet en waarom hij dit doet. Hij beheerst de inhoud van zijn vak en kan keuzes legitimeren op basis van een visie, wetenschappelijke inzichten en internationale ontwikkelingen. Hij begrijpt de verschillende visies op en de maatschappelijke relevantie van een actieve en gezonde leefstijl.
            Een (sport)leraar is vakdidactisch bekwaam als hij onderwijs- en beweegsituaties ‘leerbaar’ weet te maken voor zijn leerlingen en (talent)krachtige en motiverende leeromgevingen kan realiseren die bijdragen aan het (motorisch) leren. Hij hanteert hierbij een gezonde spanning tussen haalbaarheid en uitdaging creëren. De (sport)leraar is voortdurend onderwijs aan het ontwerpen, voorbereiden, uitvoeren en evalueren in afstemming met collega’s en de school.  
De studenten werken aan de startbekwaamheid in beroepspraktijk en bespreken dit met elkaar, afstudeerbegeleider en begeleiders.
            Om vakmanschap te realiseren wordt er een plan opgesteld. Het plan geeft richting aan de eisen die zijn opgenomen in de afstudeerhandleiding door middel van een schriftelijke onderbouwing. Het plan wordt gedurende het afstudeerproces voorzien van een Go. De daadwerkelijke toetsing om de bekwaamheden te tonen is een criteriumgericht interview op basis van een verslag en een video (CGI).

De volgenden onderdelen uit de landelijke kennisbasis komen naar voren:

Hoofdthema's uit de landelijke kennisbasis:
Domein 2: Vakinhoudelijke kennis
            2.1: Lichamelijke opvoeding in de context ‘samenleving’
            2.2: Wettelijke kaders lichamelijke opvoeding binnen het Nederlandse     onderwijsstelsel
            2.3: Lichamelijke opvoeding in de context ‘school’
            2.4: Lichamelijke opvoeding en (inter)nationale kennisontwikkeling
Domein 3: Vakdidactische kennis
            3.1: Leren en instructie:
            3.2: Beweegontwikkeling
            3.3: Evaluatie en differentiatie
            3.4: Fysieke veiligheid
            3.5: Activiteit specifieke kennis
Domein 4: Pedagogische kennis
            4.1: Ontwikkeling van kinderen en jeugdigen
            4.2: Veilig pedagogisch klimaat

Voor de actuele literatuur wordt verwezen naar de afstudeerhandleiding van semester 7 en 8.

School(s)

  • Instituut voor Sportstudies