Vak: Zorg en ondersteuning in de praktijk credits: 5

Vakcode
SJVH20ZODOZ
Naam
Zorg en ondersteuning in de praktijk
Studiejaar
2022-2023
ECTS credits
5
Taal
Nederlands
Coördinator
L.G. Mellens-Schrage
Werkvormen
  • Hoorcollege
  • Opdracht
  • Practicum / Training
  • Werkcollege
Toetsen
  • Zorg en ondersteuning in de praktijk - Opdracht

Leeruitkomsten

Analyseren niveau 3 
De beginnende beroepsbeoefenaar analyseert zelfstandig in een complexe situatie sociaaljuridischevraagstukken rekening houdend met de omgeving en met gebruikmaking van meerdere juridische, sociaal wetenschappelijke en andere niet-juridische bronnen. Hij plaatst daarbij de informatie in een sociale, juridische, maatschappelijke, culturele en persoonlijke context en gaat na wat de beïnvloedbare factoren zijn.

Leeruitkomst:
        1. De student brengt van een complexe sociaaljuridische praktijksituatie en/of een open probleemstelling waarbij meerdere actoren een rol spelen, de feiten in kaart. De
           student hanteert hierbij een integrale aanpak en plaatst de feiten in een sociale, maatschappelijke, culturele en persoonlijke context.


Beoordelen niveau 3
De beginnende beroepsbeoefenaar stelt binnen een complexe praktijksituatie de rechtspositie van en de rechtsgevolgen voor een cliënt (persoon of organisatie) vast, waarbij naast juridische argumenten ook andere belangen worden meegewogen, schakelt waar nodig anderen in en verantwoordt dit.

Leeruitkomsten:
  1. De student stelt op basis van wet- en regelgeving, jurisprudentie en op basis van interne protocollen de rechtspositie vast van de cliënt.
  2. De student erkent de verschillende soorten belangen, zoals organisatorische, sociale, financiële en maatschappelijke, van meerdere betrokken partijen.
  3. De student schakelt waar de eigen expertise tekortschiet die van andere professionals in om de belangen te kunnen wegen.

Inhoud

In de cursus Zorg en ondersteuning in de praktijk (ZOP) staan juridische vraagstukken op het gebied van gezondheid, zorg en welzijn centraal. Deze vraagstukken worden ook wel aangeduid als ‘Healthy Ageing and Law’. Healthy Ageing is een van de speerpunten van de Hanzehogeschool en ook van veel andere organisaties in Noord-Nederland. Kernbegrip van het speerpunt Healthy Ageing, en dus ook van juridische vraagstukken op dit gebied, is ‘gezondheid’ in de betekenis van het vermogen zich aan te passen en een eigen regie te voeren, in het licht van de fysieke, emotionele en sociale uitdagingen van het leven.

De inhoud van de cursus Zorg en ondersteuning in de praktijk (ZOP) bouwt deels voort op de kennis en vaardigheden van de cursus Healthy Ageing in jaar 2 en gaat daarnaast in op een aantal nieuwe onderwerpen. Alle onderwerpen zijn gekozen aan de hand van diverse rollen (functies) die SJD’ers in de beroepspraktijk (kunnen) vervullen en die voor de werkveldorganisaties van beide specialisaties van belang zijn. Het gaat om de volgende rollen: (a) medewerker wij(k)team/consulent sociaal domein, (b) zelfstandige vertrouwenspersoon/cliëntondersteuner en (c) klachtenfunctionaris bij een aanbieder van zorg/ondersteuning/jeugdhulp of bij een gemeente.

De cursus Zorg en ondersteuning in de praktijk (ZOP) gaat uit van een grote mate van zelfstandigheid van de student en van goede juridische kennis en vaardigheden. Aan het begin van de cursus verdiept de student zich opnieuw in de vier belangrijke wetten voor financiering van zorg en ondersteuning (de Zorgverzekeringswet, de Wet langdurige zorg, de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015) en de Jeugdwet) en - gekoppeld aan die vier wetten - in de onderwerpen ‘juridische relaties’ en ‘klachten en geschillen’. Vanuit die basis gaat de student vervolgens aan de slag met de nieuwe onderwerpen, zoals ‘verplichte zorg’, ‘gegevensuitwisseling’ en ‘zorginkoop’. De student kan daarbij gebruikmaken van de aangeboden hoorcolleges, werkgroepen en werkdagen.

De afsluitende toetsing van de cursus Zorg en ondersteuning in de praktijk (ZOP) vindt plaats in de vorm van een schriftelijke (eind)opdracht in tweetallen die wordt beoordeeld met een cijfer. Tijdens de onderwijsweken werken de studenten in de tweetallen al aan verschillende opdrachten die nodig zijn voor de eindopdracht. Zowel de rollen als de inhoudelijke onderwerpen komen terug in de eindopdracht. Door middel van de eindopdracht laat de student zien dat de vereiste leeruitkomsten van de competenties Analyseren (niveau 3) en Beoordelen (niveau 3) zijn behaald.
 

 

Opgenomen in opleiding(en)

School(s)

  • Instituut voor Rechtenstudies