De beginnend beroepsbeoefenaar:
- Analyseert de bedrijfsvoering van een werkeenheid en draagt bij aan vernieuwing hiervan, hierbij anticiperend op maatschappelijke ontwikkelingen en hun consequenties voor de organisatie/dienstverlening.
- Levert een bijdrage aan het creëren van een permanente verander- en leercultuur op een werkeenheid, waarbij betrokkenen meer vanuit eigen kracht talenten, doelen en professionele verantwoordelijkheid opereren met duidelijke verbinding naar organisatie- c.q. maatschappelijke doelen.
- Signaleert en benut kansen voor verbetering van de dienstverlening, voert verbeteringen zoveel als mogelijk door in co-creatie met de belangrijkste belanghebbenden en onderbouwt verbeteringen vanuit hun toegevoegde maatschappelijke waarde en de eigen visie op organiseren.
- Gaat interne en/of externe samenwerkingsverbanden aan die noodzakelijk zijn voor de inrichting, uitvoering en ontwikkeling van de dienstverlening en stimuleert professionals van de werkeenheid om hier een actieve bijdrage aan te leveren.
- Organiseert randvoorwaarden voor een goed en uitnodigend leerklimaat op de werkeenheid en stimuleert de professionals zich persoonlijk en als team te ontwikkelen zodat zij in staat zijn om optimale kwaliteit van dienstverlening te leveren aan cliënten.
- Draagt op overtuigende wijze een eigen visie op zorg, dienstverlening en leiderschap uit, verbindt deze met de interne en externe omgeving en ontwikkelt op een congruente wijze doelen voor eigen verantwoordelijkheidsgebieden.
- Laat een onderzoekende en kritische houding zien, verantwoordt overwegingen en acties op basis van evidence uit de beroepspraktijk en hun impact op (dienstverlenings)processen binnen de eigen organisatie.